ECLI:NL:GHARL:2022:8500

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
4 oktober 2022
Publicatiedatum
4 oktober 2022
Zaaknummer
200.315.951
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging faillietverklaring Clear Polymers B.V. in hoger beroep

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 4 oktober 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over de faillietverklaring van Clear Polymers B.V. De rechtbank Gelderland had op 6 september 2022 Clear Polymers B.V. in staat van faillissement verklaard op verzoek van [appellante] B.V. en [appellant]. Het hof heeft vastgesteld dat Clear Polymers B.V. niet langer in de toestand verkeert dat zij heeft opgehouden te betalen. Dit oordeel is gebaseerd op de overgelegde stukken, waaronder een regeling die Clear Polymers B.V. heeft getroffen met haar schuldeisers, en de positieve advisering van de curator. Het hof oordeelt dat de faillietverklaring niet meer gerechtvaardigd is, omdat Clear Polymers B.V. betalingsregelingen heeft getroffen en de curator positief adviseert over de situatie. Het hof vernietigt daarom het vonnis van de rechtbank en wijst het verzoek tot faillietverklaring af. De faillissementskosten worden vastgesteld op € 12.533,72, die ten laste komen van Clear Polymers B.V.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem
afdeling civiel recht
zaaknummer gerechtshof: 200.315.951
(zaaknummer rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen: C/05/22/171F)
arrest van 4 oktober 2022
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Clear Polymers B.V.,
gevestigd te Apeldoorn,
appellante,
advocaat: mr. M.D.B. Stap,
tegen

1.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [appellante] B.V.,gevestigd te Hilversum,

appellante, hierna te noemen: [appellante] B.V.,
en

2.[appellant] ,wonende te [woonplaats1] ,

appellant, hierna te noemen: [appellant] ,
advocaat: mr. M.C. de Jong.

1.De procedure bij de rechtbank

De rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen, heeft op verzoek van [appellante] B.V. en [appellant] bij vonnis van 6 september 2022 Clear Polymers B.V. in staat van faillissement verklaard. Hierbij is mr. J.B.A. Jansen benoemd tot curator. Het hof verwijst naar dat vonnis.

2.De procedure in hoger beroep

2.1
Bij ter griffie van het hof op 14 september 2022 ingekomen verzoekschrift is Clear Polymers B.V. in hoger beroep gekomen van het vonnis van 6 september 2022. Clear Polymers B.V. verzoekt het hof dat vonnis te vernietigen.
2.2
Het hof heeft naast het verzoekschrift met bijlagen kennisgenomen van:
- de brief met bijlagen van 26 september 2022 van mr. Stap,
- de brief van 26 september 2022 met daarbij gevoegd een V9-formulier van mr. De Jong,
- de brief van 26 september 2022 van de curator en
- de email van 27 september 2022 van de curator,
en, in reactie op een brief met vragen van het hof van 28 september 2022,
- de email met bijlagen van 28 september 2022 van mr. Stap en
- de email van 30 september 2022 van de curator.
2.3
Met instemming van partijen en de curator heeft de op 10 oktober 2022 vastgestelde zitting geen doorgang gevonden en is het hoger beroep op de stukken afgedaan.
3. De motivering van de beslissing in hoger beroep
3.1
De rechtbank heeft Clear Polymers B.V. in staat van faillissement verklaard, omdat summierlijk is gebleken van het vorderingsrecht van [appellante] B.V. en [appellant] en Clear Polymers B.V. in de toestand verkeert dat zij heeft opgehouden te betalen.
3.2
Het hof oordeelt als volgt.
Een faillietverklaring kan worden uitgesproken indien summierlijk is gebleken van een ten tijde van de faillietverklaring bestaand vorderingsrecht van de aanvrager en ook van het (op dit moment) bestaan van feiten en omstandigheden waaruit volgt dat de schuldenaar verkeert in de toestand van te hebben opgehouden te betalen.
Dat de schuldenaar meer schuldeisers heeft is een noodzakelijke, maar niet een voldoende voorwaarde voor het aannemen van de hiervoor bedoelde toestand (het pluraliteitsvereiste). Ook als aan het pluraliteitsvereiste is voldaan, moet worden onderzocht of de schuldenaar in de toestand verkeert dat hij heeft opgehouden te betalen.
3.3
Het hof is op grond van de overgelegde stukken en de daarbij gegeven toelichting van oordeel dat voldoende is komen vast te staan dat Clear Polymers B.V. op dit moment niet langer in de toestand verkeert dat zij heeft opgehouden te betalen.
Daarbij neemt het hof allereerst in aanmerking dat Clear Polymers B.V. met [appellante] B.V. en [appellant] een regeling voor hun vorderingen heeft getroffen tegen finale kwijting.
Indien Clear Polymers B.V. de kosten van het hoger beroep (het hof begrijpt: het salaris van de curator) voor haar rekening neemt, hebben [appellante] B.V. en [appellant] geen bezwaar (meer) tegen een vernietiging van het vonnis tot faillietverklaring. Clear Polymers B.V. heeft zich bereid verklaard om de faillissementskosten, bestaande uit het salaris van de curator van in totaal € 12.533,72, te betalen. Verder heeft Clear Polymers B.V. betalingsregelingen getroffen met de schuldeisers.
De curator heeft laten weten dat hij positief adviseert ten aanzien van de vernietiging van het faillissementsvonnis, dat in zijn ogen vernietiging van het faillissement van belang is voor de schuldeisers en ook te kunnen instemmen met een schriftelijke afdoening van het hoger beroep. In zijn email van 27 september 2022 heeft de curator bevestigd dat ter zekerheidsstelling van zijn kosten een bedrag van circa € 12.000 is overgemaakt naar de derdengeldrekening van zijn kantoor. Gezien de geschetste liquiditeitsprognose van de accountant met daarin het afbetalingsplan voor de betalingsregelingen en de toegezegde financieringsmogelijkheden en subsidietoekenning gaat het hof ervan uit dat Clear Polymers B.V. de betalingsregelingen die zij heeft getroffen met de op dit moment in het faillissement bekende schuldeisers zal kunnen nakomen naast de lopende (betalings)verplichtingen.
Bij deze stand van zaken is geen sprake van een toestand te hebben opgehouden te betalen.
3.4
Het voorgaande betekent dat het hoger beroep slaagt. Het hof zal het vonnis van
6 september 2022 vernietigen en beslissen zoals hierna te melden.
4. De beslissing
Het hof, recht doende in hoger beroep:
vernietigt het vonnis van de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Zutphen, van 6 september 2022 en, opnieuw recht doende:
wijst het verzoek van [appellante] B.V. en [appellant] tot faillietverklaring van Clear Polymers B.V. alsnog af;
stelt de faillissementskosten vast op € 12.533,72 inclusief BTW en verschotten, en brengt deze ten laste van Clear Polymers B.V.
Dit arrest is gewezen door mrs. D.M.I. de Waele, H.C. Frankena en H.L. Wattel, en is op
4 oktober 2022 om 12.00 uur in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.