ECLI:NL:GHARL:2022:7681

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Datum uitspraak
6 september 2022
Publicatiedatum
6 september 2022
Zaaknummer
200.308.327
Instantie
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Tussenuitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Internationaal auteursrechtgeschil en de toepassing van de reciprociteitstoets op voertuigvormgeving

In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden werd behandeld, betreft het een internationaal auteursrechtgeschil tussen Jaguar Land Rover Limited (hierna: JLR) en Ineos Automotive Ltd (hierna: Ineos). JLR, gevestigd in Whitley, Verenigd Koninkrijk, is appellante in het principaal appel en was in eerste aanleg eiseres. Ineos, gevestigd in Lyndhurst, Verenigd Koninkrijk, is geïntimeerde in het principaal appel en appellante in het incidenteel appel, en was in eerste aanleg gedaagde. De zaak draait om de vraag of de vormgeving van een voertuig beschermd kan worden onder het auteursrecht, en of er sprake is van bescherming in Nederland op basis van de Berner Conventie en de Verordening Rome II.

De procedure begon met een kort geding bij de rechtbank Gelderland, waar op 16 februari 2022 een vonnis werd uitgesproken. JLR heeft vervolgens hoger beroep ingesteld, wat leidde tot een spoedappeldagvaarding op 16 maart 2022. Het hof heeft de procedure voortgezet en een mondelinge behandeling bepaald, waarbij partijen en hun advocaten op 22 juni 2022 in persoon of vertegenwoordigd moesten verschijnen. De advocaten kregen de gelegenheid om hun standpunten toe te lichten aan de hand van spreekaantekeningen.

Het hof heeft in zijn beoordeling de toepasselijkheid van artikel 8 lid 1 van de Verordening Rome II in verband met artikel 10:159 BW onderzocht, evenals de reciprociteitstoets van artikel 2 lid 7 van de Berner Conventie. Het hof concludeert dat er geen bescherming is in het land van oorsprong, en derhalve ook niet in Nederland. De beslissing van het hof is op 31 mei 2022 openbaar uitgesproken, waarbij het hof de verdere beslissingen aanhield.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem
afdeling civiel recht, handel
zaaknummer gerechtshof 200.308.327
(zaaknummer rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem: 395663)
arrest in kort geding van 31 mei 2022
in de zaak van
Jaguar Land Rover Limited,
gevestigd te Whitley, Verenigd Koninkrijk,
appellante in het principaal appel, geïntimeerde in het incidenteel appel,
in eerste aanleg: eiseres,
hierna: JLR,
advocaat: mr. S.A. Klos,
tegen:
de vennootschap naar vreemd recht
Ineos Automotive Ltd,
Gevestigd te Lyndhurst, Verenigd Koninkrijk,
geïntimeerde in het principaal appel, appellante in het incidenteel appel,
in eerste aanleg: gedaagde,
hierna: Ineos,
advocaat: mr. K.Th.M. Stöpetie.

1.De procedure bij de rechtbank

De procedure bij de rechtbank blijkt uit het vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, van 16 februari 2022. Het hof verwijst daarnaar.

2.De procedure bij het hof

2.1.
Het verloop van de procedure bij het hof blijkt uit:
- de spoedappeldagvaarding in hoger beroep van 16 maart 2022 (met memorie van grieven tevens houdende wijziging/aanvulling grondslag van eis),
- de memorie van antwoord met incidentele grief,
- de memorie van antwoord in incidenteel appel.
2.2.
Vervolgens heeft het hof arrest bepaald.

3.De beoordeling in hoger beroep

3.1.
Het hof zal een mondelinge behandeling door de meervoudige kamer bepalen als bedoeld in artikel 87 Rv.
3.2.
Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

4.De beslissing

Het hof, recht doende in hoger beroep:
bepaalt een mondelinge behandeling, waarbij partijen (in persoon of vertegenwoordigd door iemand die van de zaak op de hoogte is en die tot het geven van inlichtingen in staat is en bevoegd is om een schikking aan te gaan) samen met hun advocaten zullen verschijnen voor de meervoudige kamer van het hof;
bepaalt dat de zitting zal plaatsvinden op
22 juni 2022om
13.30 uurin het paleis van justitie aan de Walburgstraat 2-4 te Arnhem;
bepaalt dat de advocaten bij de mondelinge behandeling ieder gedurende maximaal tien minuten, aan de hand van maximaal twee A4’tjes spreekaantekeningen, het standpunt van partijen mogen toelichten;
bepaalt dat als een partij bij de mondelinge behandeling nog processtukken of andere stukken wil inbrengen, deze partij ervoor dient te zorgen dat het hof en de wederpartij
uiterlijk 10 dagenvoor de mondelinge behandeling een kopie van deze stukken hebben ontvangen (het hof in tweevoud, de wederpartij in enkelvoud)
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. F.J. de Vries, S.C.P. Giesen, D.M.I. de Waele en in tegenwoordigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 31 mei 2022.