Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
en [verzoeker](de vader),
[de pleegouders](pleegouders).
:
.
1.Onderwerp
2.Belangrijke informatie
3.De beslissing van de kinderrechter
3 december 2021 op verzoek van de GI een beslissing genomen. Daarbij heeft de kinderrechter – voor zover hier van belang – de machtiging uithuisplaatsing verlengd in een voorziening voor pleegzorg tot 9 december 2022. Dat betekent dat [de minderjarige] tot die datum in het pleeggezin moet blijven wonen.
4.Het hoger beroep
5.De rechtszaak bij het hof
- een brief van de raad voor de kinderbescherming (de raad) van 23 februari 2022;
- het verweerschrift van de GI met bijlage(n);
- een formulier van mr. Hofstra van 14 maart 2022 met bijlage(n);
- een formulier van mr. Hofstra van 31 maart 2022 met bijlage(n);
- een brief van de pleegouders van 12 mei 2022.
- de ouders, bijgestaan door hun advocaat;
- namen de GI: [naam5] en [naam6] .
6.De redenen voor de beslissing
Uit de bestreden beschikking van 3 december 2021 blijkt dat de GI na de mondelinge behandeling het advies van de raad aan de advocaat van de ouders en de rechtbank heeft gestuurd. De kinderrechter heeft de ouders in staat gesteld om alsnog schriftelijk op het advies te reageren en de ouders hebben dit via hun advocaat gedaan. Voor zover de ouders menen dat zij hun recht op hoor en wederhoor niet (volledig) hebben kunnen uitoefenen omdat zij hun mening niet bij de raad kenbaar hebben kunnen maken en tijdens de procedure bij de rechtbank slechts schriftelijk hebben kunnen reageren op het advies, overweegt het hof dat de ouders bij het hof zijn gehoord, zodat de processuele rechten van de ouders zijn gewaarborgd. Verder leidt het hof uit de toetsingsbrief van 29 oktober 2021 van de raad af dat, anders dan ouders stellen, het advies mede gebaseerd is op recente informatie, waaronder de rapportages van Save die dateren van oktober 2021.