Uitspraak
Dexia,
[geïntimeerde],
1.De procedure bij de kantonrechter
2.De procedure in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De motivering
6.De slotsom
€ 1.446,-
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden diende, gaat het om een hoger beroep van Dexia Nederland B.V. tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Nederland, locatie Assen, van 18 december 2018. De zaak betreft een effectenleaseovereenkomst tussen Dexia en de geïntimeerde, waarbij de geïntimeerde vorderingen heeft ingesteld op grond van onrechtmatige daad en tekortkoming in de zorgplicht door Dexia. De kantonrechter had geoordeeld dat Dexia onrechtmatig heeft gehandeld en de geïntimeerde heeft veroordeeld tot terugbetaling van de door hem betaalde bedragen, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke kosten. Dexia ging in hoger beroep en voerde verschillende grieven aan, waaronder verjaring van de vorderingen en de advisering door Spaar Select, de tussenpersoon die de overeenkomst tot stand heeft gebracht.
Het hof heeft de grieven van Dexia grotendeels verworpen. Het hof oordeelde dat de vordering van de geïntimeerde niet was verjaard, omdat deze was gestuit door eerdere correspondentie. Daarnaast oordeelde het hof dat Spaar Select als cliëntenremisier heeft opgetreden en dat Dexia wist of behoorde te weten dat Spaar Select onrechtmatig advies heeft gegeven. Het hof bevestigde de beslissing van de kantonrechter dat de geïntimeerde geen restschuld aan Dexia verschuldigd was en dat Dexia de door de geïntimeerde betaalde inleg moest terugbetalen, minus eventuele dividenduitkeringen. De beslissing van de kantonrechter om Dexia te veroordelen tot betaling van buitengerechtelijke kosten werd echter vernietigd, omdat deze kosten niet voor vergoeding in aanmerking kwamen. Het hof veroordeelde Dexia in de kosten van het hoger beroep.