Uitspraak
[verzoeker],
de gemeente,
1.De procedure bij de kantonrechter
2.De procedure in hoger beroep
3.Waar gaat deze procedure over?
4.De vaststaande feiten
5.De beslissing van de kantonrechter
6.De beoordeling van het verzoek in hoger beroep
- anders dan [verzoeker] stelt, blijkt niet dat hem toezeggingen zijn gedaan over promoties die niet zijn nagekomen. [verzoeker] heeft ook geen concrete toezeggingen gesteld. Op andere functies binnen de gemeente heeft hij nooit gesolliciteerd. [verzoeker] heeft wel gelijk dat hij in 2019 aanvoelde dat hij bij de toen opengestelde vacature voor een senior functie geen kans maakte, maar dat levert nog een verwijtbaar handelen van de gemeente op;
- de wijze waarop [naam1] met de melding van [verzoeker] over de gebeurtenis in Döner Company omging was fout. De gemeente heeft dit punt echter, nadat [verzoeker] dit hoger in de organisatie aankaartte, aangepakt en na het rapport van [naam3] (zie hiervoor onder 4.4), is [naam1] als leidinggevende teruggetreden. De wijze waarop [naam1] ook daarvoor leiding heeft gegeven – waarbij hij verschillende teamleden voor vergelijkbare fouten verschillend aansprak –, heeft de bij [verzoeker] bestaande gevoelens van achterstelling voeding gegeven. Nadat [naam1] als leidinggevende was opgestapt, zijn echter nieuwe leidinggevenden met andere methoden aangesteld;
- [verzoeker] is ontevreden over de sanctie die [naam1] heeft gekregen. Volgens hem had [naam1] ontslagen moeten worden. Ook de sanctie die de medewerker kreeg op wie zijn klokkenluidersmelding betrekking had, is volgens hem te licht. Het hof oordeelt dat het aan de gemeente is welke sancties zij aan haar ambtenaren oplegt en niet aan [verzoeker] . Dat de wijze van sanctieoplegging aan deze collega’s ten opzichte van [verzoeker] als ernstig verwijtbaar moeten worden aangemerkt, onderschrijft het hof dan ook niet;
- [verzoeker] heeft evenmin aangetoond dat zijn leidinggevenden of de gemeente in het algemeen hem anders zijn gaan behandelen nadat hij de klokkenluidersmelding had gedaan (die hij ook binnen een week weer had ingetrokken, waarbij uitdrukkelijk had aangegeven dat daartoe geen druk op hem was uitgeoefend). De samenwerkingsproblemen die zich na 2017 voordeden, bestonden in de kern ook al voor de klokkenluidersmelding van 3 mei 2017. Dat de gemeente in strijd heeft gehandeld met artikel 7:658c BW (het victimisatieverbod van klokkenluiders) acht het hof niet aangetoond;
- [verzoeker] heeft gedragingen van zijn collega’s als pestgedrag en discriminatie ervaren. Ook in de achtereenvolgende medewerkerstevredenheidsonderzoeken scoorde de gemeente relatief laag op daarop betrekking hebbende onderdelen. Dat de gemeente met dat laatste in algemene zin helemaal niets heeft gedaan, kan niet worden vastgesteld, wel erkent de gemeente ook zelf dat zij daar mogelijk niet voldoende mee heeft gedaan. Dit gelet op de meldingen die er vanuit het Bureau Gelijke Behandeling Flevoland zijn gekomen. In dat licht had mogelijk ook meer van de teamleiding van [verzoeker] verwacht mogen worden in de richting van zijn collega’s over hun wijze van communiceren en de effecten die dat op [verzoeker] had. Voldoende grond om dit als ernstig verwijtbaar handelen te kwalificeren is er niet;
- de gemeente heeft, aanvankelijk in de veronderstelling dat [verzoeker] snel zou herstellen, na zijn ziekmelding in februari 2020 gewacht met het opstellen van de probleemanalyse. Het hof oordeelt dat, voor zover de gemeente in die periode enige termijnen heeft overschreden, dit niet in verband staan met de verstoorde verhouding. Voor zover al sprake is van tekortkomingen in het ziektetraject kunnen die niet als ernstig verwijtbaar worden aangemerkt;
- wel heeft [naam6] de melding van de collega van [verzoeker] over het gesprek bij de koffieautomaat tijdens diens re-integratiewerkzaamheden in december 2020 heel zwaar aangezet. Weliswaar is er overleg geweest met de bedrijfsarts of [verzoeker] een gesprek daarover aankon, maar of deze escalatie wijs was, kan worden betwijfeld. Op deze gang van zaken past echter eerder het etiket ongelukkig dan ernstig verwijtbaar.