1.13Het hof komt tot de volgende vragen.
A. Perceel kadastraal genummerd 4087
wat was de marktwaarde, met als peildatum 3 mei 2014, van het perceel 4087 gelegen aan de [adres] , [woonplaats1] ?
op grond waarvan komt u tot de marktwaarde als door u getaxeerd en welke factoren heeft u daarbij bepalend geacht? Wilt u daarbij betrekken de hierna onder sub c t/m h genoemde aspecten?
in of omstreeks september 2010 hebben aangrenzende eigenaren van het toen kadastraal genummerde perceel 3767 gedeelten aangekocht voor in totaal € 115.535,-. Na verkoop en levering van die perceelgedeelten resteerde het perceel thans kadastraal genummerd 4087. Welke planologische bestemming hadden die geleverde perceelsgedeelten in september 2010?
welke planologische bestemming hadden die geleverde perceelsgedeelten op de peildatum? Verschilt de planologische bestemming van het perceel 4087 op de peildatum 3 mei 2014 met de planologische bestemming van die geleverde perceelsgedeelten? Hadden die geleverde perceelsgedeelten op de peildatum een andere planologische bestemming dan agrarisch, namelijk “wonen” en doordat die gedeelten grenzen aan woonpercelen een andere waarde? Als die geleverde perceelsgedeelten op de peildatum nog een agrarische bestemming hadden, maar feitelijk bij de tuin van de woonpercelen waren gevoegd hadden die perceelsgedeelten op de peildatum een andere waarde dan perceel 4087?
kunnen die aangrenzende eigenaren op de peildatum potentiële kopers zijn voor (gedeelten van) perceel 4087? Was het planologisch en anderszins mogelijk dat zij gedeelten van perceel 4087 aan hun tuin en woonperceel toevoegden? Zo ja, hebt u daarmee rekening gehouden met de waarde? Heeft u de prijzen die zijn betaald voor de perceelsgedeelten in 2010 bij de taxatie meegewogen?
Hoe beoordeelt u in het licht van voormelde vragen c, d en e de koopprijs die de aangrenzende eigenaren [naam1] en [naam2] voor het perceel 4087 en 1301 van € 20.000,- in augustus 2015 hebben betaald?
Hoe beoordeelt u in het licht van voormelde vragen c, d, e en f de koopprijs die [appellanten] c.s. in 2018 hebben betaald voor het perceel 4087 en hoe verhoudt die koopprijs in 2018 zich tot de marktwaarde op de peildatum? Is daarbij een relevant gegeven dat [appellanten] c.s. als eigenaren van het aangrenzend perceel geen erfdienstbaarheid nodig hadden?
in hoeverre heeft u de ligging en de toestand van het perceel 4087 bij de taxatie meegewogen? Is de veronderstelling juist dat ten tijde van de peildatum voor het ontsluiten van het perceel 4087 een erfdienstbaarheid van overpad gevestigd moet worden? Geldt dat ook indien de aangrenzende eigenaren potentiële kopers zijn en zo nee, heeft dat invloed op de waarde?
Perceel kadastraal genummerd 1301
wat was de marktwaarde, met als peildatum 3 mei 2014, van het perceel 1301 gelegen aan de [adres] , [woonplaats1] ?
op grond waarvan komt u tot de marktwaarde als door u getaxeerd en welke factoren heeft u daarbij bepalend geacht? Wilt u daarbij betrekken de hierna onder sub k t/m o genoemde aspecten?
in hoeverre heeft u de ligging van het perceel 1301 bij de taxatie meegewogen? Is het juist dat ten tijde van de peildatum het perceel 1301 niet bereikbaar is vanaf de openbare weg, maar dat die bereikbaarheid te realiseren is door het plaatsen van een duiker in een sloot en het aanleggen van een brug? Is het juist dat voor de brug toestemming/vergunning nodig is van de gemeente en voor de duiker toestemming/vergunning van het Waterschap? Zo ja, ligt in de rede dat die toestemmingen/vergunningen zouden worden verkregen en hebt u mede in verband met de door een koper te maken kosten en de mogelijkheden die een ontsluiting biedt rekening gehouden met de invloed hiervan op de marktwaarde?
in hoeverre heeft u de toestand van het perceel 1301 op de peildatum bij de taxatie meegewogen? Is het perceel 1301 (zodanig) drassig dat het daardoor ongeschikt is om vee te laten grazen en paarden te kunnen houden? Zo ja, zijn maatregelen mogelijk om het alsnog geschikt te maken voor het houden van vee en paarden? Heeft u dit meegewogen in de taxatie?
heeft de aanwezigheid van de hoogspanningsmast op perceel 1301 een waardedrukkend effect en zo ja, hebt u dat meegewogen?
is het mogelijk een schuilstal op het perceel te plaatsen? Zo ja, heeft die mogelijkheid een waardeverhogend effect en zo ja, hebt u dat meegewogen?
kan [naam3] , die ten tijde van de peildatum eigenaar zou zijn van het perceel kadastraal genummerd 3259 één van de potentiële kopers op de peildatum zijn? Zo ja, heeft u met deze omstandigheid rekening gehouden met de waardebepaling?
Percelen kadastraal genummerd 4087 en 1301
is de totale waarde van de percelen 4087 en 1301 de som van de marktwaarde van beide percelen afzonderlijk of hebben zij bij gezamenlijke verkoop een andere (hogere) marktwaarde?
zijn er nog andere punten die u naar voren wil brengen waarvan het hof volgens u kennis dient te nemen bij de verdere beoordeling?
voorschot deskundige en algemene voorwaarden