Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verloop van het geding
2.De vaststaande feiten
“Ik heb nog even met de directie naar de vlekken gekeken en deze zijn nog niet helemaal tevreden omdat de lak van de vloer is afgeboend. Hebben jullie hier nog een oplossing voor? Anders zijn we toch genoodzaakt de vloer te overlagen, neem aan dat jullie hiervoor verzekerd zijn?”
“Wij hebben contact opgenomen met onze rayonmanager de heer [naam1] . Uw opmerkingen zijn al eerder (juni 2018?) bij hem gemeld en hierop is direct actie ondernemen door hem. Ondanks dat hij niet van mening is dat de lak er door [geïntimeerde] is afgeboend heeft hij uit coulance de vloer behandeld, waarna hij heeft gehoord dat hiermee de klachten waren opgelost. Het verbaasd ons dan ook dat u nu een andere mening bent toegedaan en dat om die reden de facturen worden opgehouden.”
“Het klopt inderdaad dat ze de vlekken hebben geprobeerd te verwijderen. Met mijn Collega [naam2] , die hier inmiddels niet meer werkt, is naar de vlek gekeken. Dit is overlegd met de directie en heb vervolgens aangegeven dat we niet tevreden zijn met het resultaat. Het probleem zit hem namelijk in het feit dat de lak ervan af is geboend waardoor deze poreus is geworden. Dit valt alleen op te lossen door er een nieuwe laag overheen aan te brengen.”