Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
3.De motivering van de beslissing in hoger beroep
verdere uitwerking woningontwerp, voorbereiding aanvraag omgevingsvergunning en tussentijdse toets welstandcommissie”. Het is daarbij duidelijk dat het aankooptraject bij overeenstemming zal uitmonden in een schriftelijke koopovereenkomst (“[
N]
a afloop van de reserveringperiode van maximaal zeven maanden tekent u de voorlopige koopovereenkomst”). Er is door de Gemeente dus niet de indruk gewekt dat met of door de verlengde reservering een eenzijdig en onherroepelijk wilsrecht wordt verleend om de aankoop van de kavel tot stand te brengen. In de reserveringsverklaring zijn ook geen afspraken neergelegd over de inhoud van de koopovereenkomst.
D]
e koopovereenkomst komt tot stand en verkrijgt rechtskracht op de datum waarop deze door koper(s) en de gemeente is getekend.” Ook is duidelijk dat de Gemeente nadere voorwaarden kan opnemen in (het concept van) de koopovereenkomst. Artikel 1.1 sub b van de Algemene Verkoopvoorwaarden luidt: “[
N]
aast de artikelen uit hoofdstuk 1 van (…) deze Algemene verkoopvoorwaarden en eventuele andere hoofdstukken daarvan, voor zover die in de koopovereenkomst van toepassing worden verklaard, kunnen in de koopovereenkomst bijzondere verkoopvoorwaarden worden opgenomen.” [appellant] hield er blijkens zijn e-mail van 2 september 2019 aan de Gemeente ook zelf al rekening mee dat er “
nog verdere voorwaarden” besloten kunnen liggen in “
de uiteindelijke koopovereenkomst”.
met dien verstande…” ziet op de regels voor de verschuldigdheid van de reserveringsvergoeding. De Gemeente hoefde de vraag van [appellant] of hij de koopoptie goed heeft begrepen, redelijkerwijs ook niet op te vatten als een vraag naar de inhoud en de volledigheid van de uiteindelijke (voorwaarden in de) koopovereenkomst. Daar was voor de Gemeente in dit stadium van het aankooptraject – de keuze voor een verlengde reservering – geen aanleiding toe.
ook bestemmingsplannen en andere publiekrechtelijke regels” van toepassing zijn op het uiteindelijke bouwplan. Wat de Gemeente betreft staan niet alleen (art. 3.11 van) de Algemene Verkoopvoorwaarden en (art. 5 van) de model koopovereenkomst, maar ook haar gepubliceerde beleidsregels en het bestemmingsplan aan de bestemming “woongroep” in de weg. Toen [appellant] begin 2020 zijn plannen aan de Gemeente kenbaar maakte, heeft de Gemeente hem ook onverwijld voornoemd standpunt overgebracht.
A]
ls u besluit om tot aankoop over te gaan dan sturen wij u een conceptovereenkomst toe en wordt u uitgenodigd om de koopovereenkomst (…) te komen ondertekenen. Vervolgens wordt de koopovereenkomst door ons ondertekend.” Tot de bijlagen bij de brief van 12 november 2019 behoort de model koopovereenkomst. Het is duidelijk dat de Gemeente deze modelovereenkomst hanteert voor het opstellen van (het concept van) de uiteindelijke koopovereenkomst. Dat [appellant] al eens eerder had verzocht om een exemplaar van de uiteindelijke koopovereenkomst maakt niet dat daarover een misverstand kan zijn ontstaan. De ‘aankoopverklaring’ die als bijlage is meegestuurd bij de brief van 12 november 2019 kan evenmin verwarring hebben gewekt. Zoals blijkt uit de toelichting in de brief, is dit het formulier waarmee het besluit tot aankoop kenbaar kan worden gemaakt (“
of u wel of niet overgaat tot aankoop van de kavel”) waarna de Gemeente overgaat tot het toesturen van de conceptovereenkomst.
contra preferentemregel ziet het hof geen aanleiding of ruimte. Dat de Gemeente naast de term ‘reservering’ soms ook zelf de term ‘optie’ heeft gebruikt in haar communicatie doet geen twijfel rijzen over de betekenis van de Algemene Verkoopvoorwaarden of de reserveringsverklaring. Zoals hierboven is gebleken, acht het hof deze stukken duidelijk en begrijpelijk. Dat geldt ook voor de e-mail van 30 september 2019 van de Gemeente. Daar komt nog bij, dat een beroep op de meest gunstige uitleg van een contractueel beding niet kan worden gebruikt om (alsnog) een overeenkomst tot stand te brengen.