Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
en
[verzoeker],
verzoekers in hoger beroep,
in eerste aanleg: verweerders,
[verzoekers] c.s.,
de Rabobank,
[belanghebbende].
1.1. Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- [verzoekster] en [verzoeker] , bijgestaan door mr. Loonstein;
- de heer [A] en mr. Van Ingen, namens de Rabobank;
3.De vaststaande feiten
a) een perceel bouwterrein gelegen aan de [adres] te [woonplaats1] , uitmakende een op het terrein ter plaatse behoorlijk aangegeven aaneengesloten gelegen gedeelte ter grootte van ongeveer zestien are en achttien centiare (16.18 are), van het perceel kadastraal bekend gemeente [woonplaats1] , sectie [Y] nummer [nummer] ;
Het recht van hypotheek is op 21 december 2000 gevestigd.
“Zoals telefonisch besproken moeten er diverse acties door u worden ondernomen voordat de veiling stop gezet kan worden:
- Betaling van een bedrag van € 15.000,- voor de kosten en achterstanden op de hypotheek. Dit bedrag kan overgemaakt worden op rekeningnummer [rekeningnummer1] ovv [verzoeker] / [verzoekers] . De kosten betreffen een inschatting, indien deze hoger uitvallen zal ook het verschil nog voldaan moeten worden voordat de veiling definitief gestaakt wordt.
- Betaling van een bedrag van € 44.161,30 voor de aanzuivering van de rekening courant. Dit bedrag kan worden overgemaakt op rekeningnummer [rekeningnummer2] ovv aanzuivering debetsaldo
- Afspraken met de deurwaarders inzake de beslagen op uw woning. Dit betreft:
[B] (beslag gelegd door Euro-Manchetten en Compensatoren B.V.) Telefoonnummer 088-4111213 / Referentienummer T11619077.
Reinders & Partners Gerechtsdeurwaarders (beslag gelegd door [C]
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De motivering van de beslissing
“Is het aanbod inderdaad gunstiger, dan zal de boedelrechter(Hof: thans de voorzieningenrechter)
daaraan de voorkeur behoren te geven boven de hem aanvankelijk ter goedkeuring voorgelegde overeenkomst.” [1]
“Een definitieve beslissing op het verzoek dient snel te kunnen worden verkregen, niet alleen om de executie zo min mogelijk op te houden, maar ook omdat de koper niet langer dan strikt nodig is, in het onzekere mag worden gelaten of de onderhandse verkoop aan hem doorgang zal vinden.” [2] Daarom zal worden voorbijgegaan aan het betoog van [verzoekers] c.s. dat de Rabobank gespreksverslagen in het geding moet brengen. Het hof beoordeelt de zaak aan de hand van beschikbare stukken, te weten de genoemde e-mail van 6 januari 2021 en het verhandelde ter zitting van het hof.