Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
[Z](hierna: belanghebbende)
inspecteurvan de
Belastingdienst/Kantoor Doetinchem(hierna: de Inspecteur).
1.Ontstaan en loop van het geding
- over het jaar 2012 een navorderingsaanslag in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV), berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 145.179 en een belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang van € 597.284, alsmede bij beschikking een boete van € 74.000. Tevens is bij beschikking € 28.834 aan belastingrente in rekening gebracht;
- over het jaar 2013 een navorderingsaanslag IB/PVV, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 178.201 en een belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang van € 592.683, alsmede bij beschikking een boete van € 74.000. Tevens is bij beschikking € 22.487 aan belastingrente in rekening gebracht.
2.Vaststaande feiten
3.Geschil
4.Beoordeling van het geschil
5.Griffierecht en proceskosten
6.Beslissing
- vernietigt de uitspraak van de Rechtbank,
- verklaart de beroepen gegrond,
- vernietigt de uitspraken op bezwaar,
- vernietigt de vergrijpboetes,
- vermindert de navorderingsaanslag IB/PVV 2012 tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 145.179 en een belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang van nihil,
- vermindert de navorderingsaanslag IB/PVV 2013 tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 178.201 en een belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang van nihil,
- vermindert de beschikkingen belastingrente dienovereenkomstig,
- veroordeelt de Inspecteur in de proceskosten aan de zijde van belanghebbende, vastgesteld op € 2.401, en,
- gelast dat de Inspecteur aan belanghebbende vergoedt het betaalde griffierecht in verband met de beroepen bij de Rechtbank van € 46 en het hoger beroep bij het Hof van € 131.
de Hoge Raad der Nederlanden via het webportaal van de Hoge Raadwww.hogeraad.nl.
de Hoge Raad der Nederlanden (belastingkamer), postbus 20303, 2500 EH Den Haag.Alle andere personen en gemachtigden die beroepsmatig rechtsbijstand verlenen, zijn in beginsel verplicht digitaal te procederen (zie
www.hogeraad.nl).