Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[appellant1] ,
[appellant2],
1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep
2.De motivering van de beslissing in hoger beroep
3.De slotsom
€ 304,-
€ 332,-
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep in kort geding dat is ingesteld door [appellant1] en [appellant2], bestuursleden van de Stichting Huurdersadviesraad Houten (de HAR). De appellanten zijn geschorst en [appellant1] is ontslagen door het bestuur van de HAR. De voorzieningenrechter in eerste aanleg heeft de vordering van de appellanten tot hervatting van hun bestuursfuncties afgewezen, omdat zij volgens de rechter onvoldoende spoedeisend belang hadden. De appellanten zijn het hier niet mee eens en hebben hoger beroep ingesteld.
Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de schorsingsbesluiten en het ontslagbesluit niet rechtsgeldig zijn. Het hof stelt vast dat de HAR, als huurdersorganisatie, niet voldoet aan de wettelijke verplichtingen en dat de besluiten tot schorsing en ontslag niet conform de statuten zijn genomen. De statuten vereisen dat bestuursbesluiten in een vergadering worden genomen met een meerderheid van stemmen, en dat is in dit geval niet gebeurd. De aanwezigheid van een niet-geregistreerd bestuurslid bij de besluitvorming maakt de besluiten ongeldig.
Het hof vernietigt het vonnis van de voorzieningenrechter en wijst de vordering van de appellanten tot hervatting van hun bestuursfuncties toe. De HAR wordt veroordeeld in de kosten van de procedure. Dit arrest is gewezen op 18 mei 2021.