In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 6 mei 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de onderhoudsverplichting van de man jegens de vrouw na hun echtscheiding. Het huwelijk van partijen is in 2015 ontbonden, waarbij de rechtbank in 2015 heeft bepaald dat de man een maandelijkse alimentatie van € 1.462,- aan de vrouw moest betalen. De man heeft in hoger beroep verzocht om vast te stellen dat zijn alimentatieplicht per 19 maart 2018 is geëindigd, omdat de vrouw samenleefde met een ander. Het hof heeft vastgesteld dat de vrouw en haar partner voldeden aan de voorwaarden van artikel 1:160 van het Burgerlijk Wetboek, wat betekent dat de alimentatieverplichting van de man van rechtswege is geëindigd. Het hof heeft de bestreden beschikking van de rechtbank vernietigd en de vrouw veroordeeld tot terugbetaling van de ontvangen alimentatie over de periode vanaf 19 maart 2018, vermeerderd met wettelijke rente. Daarnaast is de vrouw veroordeeld tot betaling van de kosten van het rechercheonderzoek dat de man had laten uitvoeren. De proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij elke partij zijn eigen kosten draagt.