Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
In aanmerking nemende dat:
- schuldeiser bereid is aan schuldenaar een geldbedrag te verstrekken;
- schuldeiser voor de voldoening van de aan de schuldenaar verstrekte gelden voldoende zekerheden wenst te verkrijgen, welke eis door schuldenaar wordt aanvaard;
- partijen de voorwaarden waaronder het verstrekte geldbedrag wordt aangegaan schriftelijk in deze overeenkomst wensen vast te leggen.”
3.De beoordeling van het geschil in hoger beroep
Zie onderstaande e-mail van [investeerder] , welke ik afgelopen donderdag van hem heb ontvangen. Ik heb hem verzocht mij deze e-mail toe te zenden om naar jou en je investeerder ook even schriftelijk iets te kunnen bevestigen. Zodra de omgevingsvergunning (voorheen bouwvergunning) door de gemeente is afgegeven zal ik je deze ook even doen toekomen.
Ik ga er echt vanuit dat ik op korte termijn financieel met je kan afrekenen. (…) Ook vanuit deze hoedanigheid heb ik in ieder geval dan de mogelijkheden om het financieel met je af te handelen.” Hier worden door [ontvanger] zelf financiën uit een ander project genoemd om [geldverstrekker] te kunnen terugbetalen. Dat rijmt niet met zijn betoog dat uit artikel 5 van de overeenkomst volgt dat hij het bedrag en het rendement alléén hoeft terug te betalen als hij vergoedingen ontvangt uit het project.
Zodra het geld op mijn rekening staat maak ik eerst de € 25.000,- + de nog te bepalen rentevergoeding ten behoeve van je investeerder per omgaande aan je over. Via dit project is dit momenteel het maximale wat ik je kan overmaken. Ik heb dit al eerder telefonisch met je besproken. De winst van € 12.500,- met betrekking tot een ander ontwikkelingsproject, conform de overeenkomst tussen ons, heb je derhalve nog van mij tegoed. Zoals het nu lijkt, ga ik ervan uit dit ook binnenkort met je te kunnen afwikkelen.”
4.De slotsom
589,07
434,95