Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
Pon Logistics B.V.gevestigd te Leusden,
2.de rechtspersoon naar Iers recht
Zurich Insurance plc.,
gevestigd te Dublin (Ierland),
1.Het verdere verloop van de procedure bij het hof
Op de werkvloer in het magazijn staan altijd stapels met bakken. Op 4 april 2016 stond in ieder geval een stapel met twee bakken met een hoogte van zo’n 1,80 meter in de buurt van een H-balk. [geïntimeerde] reed die avond na een koffiepauze achterwaarts het magazijn in. Dit achterwaarts rijden (en vooruit als de pallettruck beladen is) is, zo stelt het hof vast op grond van de verklaring van [naam1] tegenover de Arbeidsinspectie, de gebruikelijke manier om met de pallettruck te rijden. Er werd die dag voor het eerst met een nieuw systeem gewerkt waardoor er minder ruimte beschikbaar was, de bakken dichter op elkaar stonden en het was drukker dan normaal, zo heeft [naam1] verklaard. Verder volgt uit de verklaringen van [naam1] en [naam2] , een collega van [geïntimeerde] , dat het risico bij het gebruik van pallettrucks vooral bestaat uit het bekneld komen zitten met voeten en of benen. Volgens [naam1] ziet hij wekelijks dat met de voet buiten de cabine wordt gereden. Ter zitting heeft [naam3] bevestigd dat naarmate werknemers ervarener worden zij in dit opzicht nonchalanter worden.
‘wordt alles steeds doorgesproken en in de praktijk getest. (…) Dit onderdeel duurt minimaal twee weken tot circa een maand. In deze periode wordt de betrokkene voortdurend in de gaten gehouden.”, aldus de verklaring van [naam1] van april 2019. Het enige onderdeel van de opleiding/instructie dat [geïntimeerde] niet heeft gehad – in verband met een wachtlijst – was een afsluitende training bestaande uit een anderhalf uur durende test met eerst een theoriegedeelte en daarna een praktijkgedeelte waarin werd gereden met de pallettruck. Omdat [geïntimeerde] al een certificaat had, was die training voor hem echter niet noodzakelijk, hij kon immers al rijden. Wat betreft instructies met betrekking tot calamiteiten heeft Pon ter zitting bij het hof – in reactie op hetgeen [geïntimeerde] daarover in zijn laatste akte heeft geschreven zodat dit onderdeel uitmaakt van het debat in hoger beroep – verklaard dat de instructie die wordt gegeven luidt om in dat geval je schrap te zetten en voeten en ledematen binnen boord te houden. Verder wordt dagelijks de instructie gegeven om de voeten binnen boord te houden. Gelet op de oorzaak van het ongeval – [geïntimeerde] heeft niet opgelet en zijn voet buiten boord gehouden – terwijl juist daarop gerichte instructies waren gegeven, is er geen sprake van een tekortschieten in de zorgplicht, aldus Pon.
2.6 Volgens [geïntimeerde] heeft een collega hem in december 2015 gevraagd of hij op de pallettruck kon rijden. [geïntimeerde] heeft daarop gezegd dat hij dat kon en sindsdien rijdt hij op de pallettruck. Volgens [geïntimeerde] heeft hij nooit enige uitleg of instructie gehad en is hij nooit beoordeeld of begeleid, althans, hij heeft er niets van gemerkt. Er werd inderdaad wel eens gezegd dat de voeten binnen boord moesten worden gehouden maar niet dagelijks, zoals Pon beweert. Specifieke instructies of training voor een calamiteit zoals dreigende aanrijding zijn niet gegeven, ook niet de instructie om je in dat geval schrap te zetten en lijf en ledematen binnen boord te houden.