In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 9 november 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de kinderalimentatie die de man aan de vrouw moet betalen voor hun minderjarige kind, geboren in 2012. De man was in hoger beroep gekomen tegen een eerdere beschikking van de rechtbank Gelderland, waarin de alimentatie was vastgesteld op € 378,- per maand. De man verzocht het hof om de alimentatie te verlagen naar € 85,- per maand, onder andere op basis van zijn gewijzigde financiële situatie en de zorgkorting. Het hof heeft vastgesteld dat er een relevante wijziging van omstandigheden heeft plaatsgevonden, waardoor een herbeoordeling van de kinderalimentatie gerechtvaardigd was. Het hof heeft de draagkracht van zowel de man als de vrouw opnieuw beoordeeld, waarbij het hof tot de conclusie kwam dat de man vanaf 1 april 2020 € 259,- per maand moet betalen, met een verhoging naar € 267,- per maand in 2021 en € 90,- per maand vanaf juni 2021. De vrouw ontving een hogere kinderbijslag in België, wat ook van invloed was op de berekening van de draagkracht. Het hof heeft de eerdere beschikking van de rechtbank vernietigd en de alimentatie aangepast aan de nieuwe omstandigheden. De kosten van het geding in hoger beroep zijn gecompenseerd, waarbij elke partij de eigen kosten draagt.