Uitspraak
[appellant],
[geïntimeerde],
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.Waar gaat het om in deze zaak?
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
4.De beoordeling van de grieven en de vordering
(de afstemmingsregel). Voor een uitzondering hierop kan in bijzondere omstandigheden plaats zijn, bijvoorbeeld indien het vonnis berust op een misslag of als sprake is van een zodanige wijziging van omstandigheden dat moet worden aangenomen dat ware de bodemrechter daarvan op de hoogte geweest, hij tot een ander oordeel zou zijn gekomen [2] .
12 september 2018 geconcludeerd dat splitsing van de onderneming van de maatschap geen reële optie is, dat de onderneming aan één van partijen zal moeten worden toebedeeld en dat dit naar het voorshandse oordeel van de rechtbank [geïntimeerde] moet zijn. Dat van bijzondere omstandigheden die een uitzondering op de afstemmingsregel rechtvaardigen sprake is, is gesteld noch gebleken. Het nu in de bodemprocedure uitgebrachte derde deskundigenrapport is niet ingebracht in deze procedure zodat niet kan worden beoordeeld of de uitkomsten hiervan een uitzondering op de afstemmingsregel rechtvaardigen.
daarbijheeft de voorzieningenrechter overwogen dat hij er van uit wordt gegaan dat [geïntimeerde] het bouwplan voor 2020 uitvoert op gelijke wijze als de jaren daarvoor en dat het oordeel van de voorzieningenrechter voor [geïntimeerde] geen vrijbrief is om [appellant] geheel buiten spel te zetten en dat hij gehouden blijft om het vonnis van 6 maart 2019 op de daarin besloten wijze voor het overige correct na te komen. In zoverre stond het [geïntimeerde] dan ook niet vrij zijn gang te gaan voor wat betreft het bouwplan 2020. Bovendien heeft de voorzieningenrechter [geïntimeerde] voor de toekomst niet ontheven van zijn verplichting met [appellant] te overleggen. Die verplichting blijft bestaan en als partijen er niet uitkomen zal opnieuw de rechter geraadpleegd moeten worden. Het is niet uitgesloten dat afhankelijk van de dan aangevoerde argumenten en bestaande situatie het bouwplan zoals door [appellant] voorgesteld op last van de rechter uitgevoerd moet worden. Dit leidt tot de conclusie dat ook grief III faalt.