Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoekster in hoger beroep,
2 De procedure in hoger beroep
3.De feiten
- [de minderjarige1] , geboren [in] 2005;
"
Financiën1.6.1 Het netto gezinsinkomen bedraagt € 1.967,--. De kosten van de kinderen bedragen
€ 602,--. Vader heeft met dit inkomen draagkracht om een bijdrage van € 83,-- per kind per maand te betalen. Partijen komen overeen dat de bijdrage van vader € 83,-- per kind per maand zal bedragen telkens bij vooruitbetaling te voldoen.
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
6.De beslissing
9 december 2019, voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, en in zoverre opnieuw beschikkende: