ECLI:NL:GHARL:2020:3271
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over de geldigheid van een eenzijdig wijzigingsbeding in een kredietovereenkomst en de gevolgen van overkreditering
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [appellant], die in eerste aanleg gedaagde was, tegen Credivance N.V., de geïntimeerde en eiseres in eerste aanleg. De zaak betreft een kredietovereenkomst waarin een eenzijdig wijzigingsbeding is opgenomen. Het hof heeft eerder tussenarresten gewezen en in deze uitspraak wordt verder ingegaan op de beoordeling van het geschil. Het hof oordeelt dat [appellant] onvoldoende heeft onderbouwd dat er sprake is van koppelverkoop en dat hij niet-ontvankelijk is in zijn vordering tot ontbinding van de kredietovereenkomst. Credivance is in de gelegenheid gesteld om haar verplichtingen te onderbouwen en het hof heeft geoordeeld dat het eenzijdig wijzigingsbeding een oneerlijk karakter draagt, waardoor het op grond van artikel 6:233 BW buiten toepassing blijft. Het hof heeft de vordering van Credivance opnieuw beoordeeld en vastgesteld dat [appellant] nog een bedrag van € 16.070,05 aan Credivance verschuldigd is, te vermeerderen met wettelijke rente. De proceskosten worden gecompenseerd, en het hof heeft het vonnis van de kantonrechter gedeeltelijk vernietigd en in zoverre opnieuw recht gedaan.