Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 29 november 2012 te [plaats] , in de [gemeente] , aangifte heeft gedaan dat een strafbaar feit was gepleegd, wetende dat dat feit niet was gepleegd, immers heeft verdachte toen aldaar ten overstaan van een brigadier van de politie [plaats] , opzettelijk in strijd met de waarheid aangifte gedaan van ontvoering en/of gijzeling en/of bedreiging met de dood, gepleegd op of omstreeks 29 november 2012 te [plaats] en/of op een of meer andere plaatsen in Nederland;
hij op of omstreeks 24 juli 2013 te [plaats] , (althans) in de gemeente [gemeente] , aangifte heeft gedaan dat een strafbaar feit was gepleegd, wetende dat dat feit niet was gepleegd, immers heeft verdachte toen aldaar ten overstaan van een brigadier van de politie Fryslân, opzettelijk in strijd met de waarheid aangifte gedaan van poging tot doodslag/moord gepleegd op of omstreeks 24 juli 2013 te [plaats] , althans in de gemeente [gemeente] ;
hij in of omstreeks de maand april 2013 te [plaats] , althans in de [gemeente] , met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen in/uit een woning gelegen aan of bij de [naam straat] , aldaar, een gouden ketting, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte.