ECLI:NL:GHARL:2019:7066
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- L.M. Croes
- Ch.E. Bethlem
- J.G.J. Rinkes
- Rechtspraak.nl
Effectenlease en oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden werd behandeld, ging het om een hoger beroep in een collectieve actie van de Vereniging Consument en Geldzaken (VCG) tegen de naamloze vennootschap Groeivermogen N.V. De zaak betrof de vraag of bepaalde bepalingen in de contracten van Groeivermogen met betrekking tot tussentijdse beëindiging als oneerlijke bedingen moesten worden aangemerkt volgens de Richtlijn oneerlijke bedingen (Richtlijn 93/13/EEG). Het hof oordeelde dat de contractuele regeling voor vervroegde aflossing en de boetepercentages niet oneerlijk waren, omdat VCG onvoldoende had aangetoond dat de regeling nadeliger was dan de wettelijke regeling. Het hof concludeerde dat de door Groeivermogen gehanteerde boeterentes niet als oneerlijke bedingen konden worden gekwalificeerd. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank Utrecht, met uitzondering van enkele onderdelen, en verklaarde dat Groeivermogen onrechtmatig had gehandeld door cliënten aan te nemen van een cliëntenremisier zonder vergunning. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij haar eigen kosten droeg.