ECLI:NL:GHARL:2019:4760
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid arbiter voor de gevolgen van vernietiging van arbitraal vonnis
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 4 juni 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep over de aansprakelijkheid van de arbiter, [Geïntimeerde], voor de schade die de besloten vennootschap Qnow B.V. heeft geleden door de vernietiging van een arbitraal vonnis. Het hof heeft in een eerder tussenarrest van 16 oktober 2018 geoordeeld dat het feit dat het arbitrale eindvonnis alleen door de voorzitter en de secretaris was ondertekend, als grof plichtsverzuim kan worden aangemerkt. Dit leidde tot de conclusie dat [Geïntimeerde] aansprakelijk is voor de schade die Qnow heeft geleden door de vernietiging van het arbitraal vonnis. Echter, het hof oordeelde dat Qnow onvoldoende heeft aangetoond dat er een causaal verband bestaat tussen de fout van [Geïntimeerde] en de door Qnow gestelde schade. Het hof concludeerde dat Qnow niet voldoende heeft gemotiveerd dat zij door de fout van [Geïntimeerde] verhaalsmogelijkheden is misgelopen. Qnow had wel een exequatur verkregen op het arbitrale eindvonnis en had dit ook ten uitvoer gelegd, wat de schadeclaim verder ondermijnt. Het hof heeft de grieven van Qnow verworpen en het vonnis van de rechtbank Limburg bekrachtigd, waarbij Qnow werd veroordeeld in de proceskosten.