Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
22 januari 2019
[Z](hierna: belanghebbende)
inspecteurvan de
Belastingdienst/Kantoor Amsterdam(hierna: de Inspecteur)
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland, waarin de rechtbank het beroep ongegrond heeft verklaard. Belanghebbende had voor het jaar 2013 een aanslag in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PVV) ontvangen, waarbij hij specifieke zorgkosten in aftrek had gebracht. De inspecteur van de Belastingdienst had de bezwaren van belanghebbende ongegrond verklaard en de aanslag gehandhaafd. Belanghebbende stelde dat hij recht had op aftrek van de zorgkosten, en dat de inspecteur het vertrouwensbeginsel had geschonden door niet in te gaan op zijn verzoek om aftrek. Het Hof oordeelde dat belanghebbende niet voldoende bewijs had geleverd voor de door hem opgevoerde zorgkosten, maar dat de inspecteur wel degelijk vertrouwen had gewekt dat de zorgkosten in 2013 in aftrek zouden worden toegelaten, gezien de goedkeuring van zorgkosten in de omliggende jaren. Het Hof vernietigde de uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep van belanghebbende gegrond, waardoor de aanslag werd verminderd en de beschikking belastingrente werd vernietigd. Tevens werd de inspecteur veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende.