In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 21 november 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake het gezamenlijk gezag van ouders over hun minderjarige kind. De moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. P.B. Rietberg, verzocht het hof om het gezamenlijk gezag in stand te houden, terwijl de vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. A.A.M. Kroon-Jongbloed, verzocht om het gezag alleen aan hem toe te kennen. De rechtbank Noord-Nederland had eerder in een beschikking van 4 december 2018 het gezamenlijk gezag beëindigd, wat aanleiding gaf tot het hoger beroep.
Het hof heeft vastgesteld dat de ernstige en aanhoudende echtscheidingsstrijd tussen de ouders, het strafrechtelijk traject van de moeder en de verstoorde relaties tussen de betrokkenen het noodzakelijk maken dat de vader alleen het gezag krijgt. De minderjarige is door het hof in de gelegenheid gesteld haar mening te geven, en het hof heeft geconstateerd dat er geen ruimte is voor herstel van het contact met de moeder. De moeder heeft ernstige bezwaren tegen dit contact, en het hof oordeelt dat een geforceerd contact met de moeder in strijd is met de belangen van het kind.
De beslissing van het hof houdt in dat de beschikking van de rechtbank wordt bekrachtigd, waarbij het gezamenlijk gezag wordt beëindigd en er geen omgangsregeling met de moeder wordt vastgesteld. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. Het hof benadrukt dat het belang van het kind voorop staat in alle beslissingen.