Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Beroepsvervoer over de weg, gevestigd te Amsterdam,
Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
“
Opslag in distributiecentra en overige opslag (niet in tanks, koelhuizen e.d.)
De deelneming in de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Beroepsvervoer over de Weg is verplicht vastgesteld voor: (…)
Artikel 2.1
Artikel 1 Werkingssfeer
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De beoordeling van de grieven en de vordering
gemeten naar de loonsom van het bedrijfbouwwerkzaamheden uitvoeren en tevens mobiele kranen exploiteren” (cursivering hof). Bovendien wordt de verschuldigde premie berekend aan de hand van het loon van de deelnemers (Uitvoeringsbesluit artikel 2.1, zie 3.3). Bij gebreke van enig ander aanknopingspunt en een onderbouwde toelichting van Bpf op dit punt legt het hof artikel 4 aldus uit dat Ado onder de werkingssfeer van het verplichtstellingsbesluit valt indien Bpf stelt en zo nodig bewijst dat in de onderneming van Ado, gemeten naar de loonsom, in hoofdzaak werkzaamheden worden uitgeoefend behorend tot het wegvervoer. Onder ‘in hoofdzaak’ verstaat het hof naar gangbaar taalgebruik: wat het belangrijkste deel betreft, dus meer dan 50%.