Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
De Volksbank N.V.,
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
“SNS Zakenrekening”(productie VII bij inleidende dagvaarding en productie 1 van de bank in eerste aanleg) voor haar onderneming
“ [onderneming appellante] ”hield [appellante] bij de bank een zakelijke bankrekening met nummer [de bankrekening] (verder: de bankrekening). Op deze overeenkomst is een aantal bancaire voorwaarden van toepassing (overgelegd als productie 1 bij inleidende dagvaarding en producties 2, 3 en 4 zijdens de bank in eerste aanleg).
“niet-behandelbaar”was.
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De beoordeling van de grieven en het gevorderde
“SNS Zakenrekening”onder meer het Reglement SNS Zakenrekening (productie 3 namens de bank in eerste aanleg) van toepassing verklaard, waarvan artikel 11 lid 2 luidt:
, dan is de betalingstransactie door de Rekeninghouder toegestaan. Indien volgens de administratie van de Bank een betaalopdracht op één van de in dit hoofdstuk beschreven manieren is uitgevoerd, is dit het volledige bewijs voor de instemming daarvoor van de Rekeninghouder. De Rekeninghouder kan hiervan tegenbewijs leveren."
"Fraude met internetbankieren gehalveerd", gepubliceerd op 18 maart 2015 (productie 7 van de bank in eerste aanleg), waarin de volgende passage voorkomt:
6.De slotsom
€ 711
€ 894(1 punt x appeltarief II)