Uitspraak
Dak Totaal,
[geïntimeerde],
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.2. De vaststaande feiten
BM 3000
Afm. 880x880
Bovenop de nok
Kleur antraciet
BM Mini-Delta 2002
Afm. 360x360
Hellend dak 42,57º
Kleur antraciet
3. Welke herstelwerkzaamheden acht u aan welke woningen noodzakelijk om alsnog te komen tot een deugdelijk resultaat dat in overeenstemming is met de publiekrechtelijke voorschriften terzake?"
De bevestiging van de dakbedekking voldoet niet aan de bouwvoorschriften. Er is geen patroon in de verankering geconstateerd dat wijst op volledige dan wel dambordgewijze verankering
De verwerkte bevestigingsmiddelen zijn divers van aard. Er zijn europanhaken aangetroffen welke bij dit pantype horen en ook worden voorgeschreven door de fabrikant. Daarnaast zijn er ander soort panhaken aangetroffen welke niet behoren bij dit pantype en er zijn gesheradiseerde schroefnagels met volgring toegepast. De rekenwaarde van het andere type panhaak is niet bekend, vanuit de fabrikant wordt aangegeven dat deze niet mogen worden toegepast als men aan de eisen van het bouwbesluit wil voldoen.
De toegepaste schroeven zijn gegalvaniseerd en zonder volgring. Conform de BRL 1513 (en de NPR 6708) dienen de bevestigers te bestaan uit rvs, aisi304 of gelijkwaardig. Gegalvaniseerde schroeven voldoen hier niet aan.
De dakpannen aan de voorgevels bij de tussenwoningen van de blokken liggen over het algemeen los in het dak. Op sommige plaatsen zijn panhaken toegepast echter niet zoals voorgeschreven in de BRL 1513 en de verwerkingsvoorschriften van de fabrikant.
De knikpannen zijn niet bevestigd aan de onderconstructie zoals de fabrikant voorschrijft.
Algemeen beeld is dat de dakpannen in de randzones langs de gevel en nok veelal aan elkaar zijn gekit. Kit heeft als zodanig geen rekenwaarde als bevestiger van dakpannen en voldoet niet aan de NEN 6702 / NEN 6707 / NPR 6708.
De gezaagde dakpannen langs de hoek- en kilkepers zijn over het algemeen bevestigd met gegalvaniseerde schroeven en staaldraadjes. echter de 1e en 2e rij vanaf de goot zijn over het algemeen niet verankerd.
Aan de dakvoet is over het algemeen geen ventilatiedoorlaat door de gekozen uitvoering van het detail. Een vrije tengelhoogte is niet gewaarborgd waardoor de ventilatie-inlaat niet voldoet aan BRL 1513.
Eventueel lekwater wordt niet afgevoerd in de dakgoot cq buiten de constructie zoals wordt voorgeschreven in de BRL 1513.
Op het dak is achter de onderste panlat gootvorming op het onderdak, eventueel lekwater blijft hier op het dak aanwezig en kan de constructie indringen.
Onder de gesloten nokken zijn geen extra ventilatievoorzieningen, zoals ventilatiepannen, aangebracht. Behalve bij [straat] 23 en 32, hier zijn aan weerszijde 5 ventilatiepannen in de 3e rij van boven aangebracht.
Het toegepaste kilgootprofiel vertoont bij een aantal killen beschadigingen en reparaties zijn uitgevoerd met kit.
In het kilbereik zijn de panlatten rechtstreeks op de folielaag aangebracht zonder extra tengel.
De toegepaste aluminium ondervorsten op nok en hoekkeper alsook de wakaflex slabben onder de zinken kappen kieren sterk en volgen niet het profiel van de dakpannen waardoor inwatering mogelijk is.
Onder en boven de dakvensters en dakkapellen zijn de dakpannen niet mechanisch bevestigd.
De verholen goten langs de gevel zijn niet aangebracht tot op de panlatten en niet voorzien van een geïmpregneerde schuimstrook ter stuifsneeuwkering. Risico van inwatering is hier aanwezig.
De dakpannen langs de gevel zijn tot tegen de buitenopstand van de verholen goot aangebracht waardoor het schoonmaken van deze goten onmogelijk is geworden.
De stalen kappen op de nok van de vrijstaande woningen, 2-ondereenkap woningen en kopwoningen zijn niet op de aansluitnaden afgekit. Op diverse plaatsen is herstelwerk zichtbaar dat niet duurzaam is uitgevoerd.
[straat] 19 en 20 hebben een aparte schoorsteen in het dakvlak. Met name de linkerzijde is de aansluiting slecht te noemen. De dakpannen hebben geen waterkering meer en de loodslabben overlappen nauwelijks. Tijdens de inspectie zijn ook leksporen op het onderdak aangetroffen.
Enkele bewoners hebben waarschijnlijk zelf dakvensters aangebracht in een later stadium. Bij deze dakvensters is het dakraam te strak ingedekt waardoor deze kieren en de dakpannen zijn niet mechanisch bevestigd."
Er is geen eenduidig regelmatig patroon geconstateerd in de diverse dakzones
De toegepaste panhaken zijn niet overal het door de fabrikant voorgeschreven model
De overige bevestigingsmiddelen, schroeven en nagels, zijn niet van de voorgeschreven kwaliteit
Gezaagde dakpannen zijn niet op de juiste manier of met de juiste bevestigingsmiddelen bevestigd
Het aan elkaar kitten van dakpannen valt niet onder de definitie mechanische bevestiging en is niet conform de bouwregelgeving geschikt voor het bevestigen van dakpannen
Gevelbekleding aan de voorgevels is niet mechanisch bevestigd.
Ventilatie van de dakspouw is niet uitgevoerd conform de nationale beoordelingsrichtlijn hellende daken BRL 1513
Lekwaterafvoer van het onderdak is niet uitgevoerd conform de nationale beoordelingsrichtlijn hellende daken BRL 1513
Verholen goten en kilgoten zijn niet uitgevoerd conform de nationale beoordelingsrichtlijn hellende daken BRL 1513
Aansluitdetails van nok en hoekkeper zijn niet uitgevoerd conform de nationale beoordelingsrichtlijn hellende daken BRL 1513
Loodaansluitingen vertonen veelal aansluitgebreken.
3.Het geschil, de beslissing in eerste aanleg en de vordering in hoger beroep
€ 1.770,90 wegens gemaakte buitengerechtelijke incassokosten. [geïntimeerde] heeft zich tegen de vorderingen verweerd en in reconventie een vordering ingesteld, die ertoe strekt dat Dak Totaal wordt veroordeeld tot vergoeding van reeds gemaakt en nog te maken herstelkosten, deze schadevergoeding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 25 mei 2011, op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet.
4.De beoordeling van de grieven en de vorderingen
grieven Ia en II, omtrent bewijs van een negatief feit en de bewijswaardering geen bespreking meer. Of grief I van Dak Totaal ook doel treft, in die zin dat het slagen van die grief uiteindelijk moet leiden tot andere beslissingen in conventie en in reconventie (
grieven III tot en met V) zal hierna blijken.
Grief III, die er toe strekt dat de vordering in conventie met voorbijgaan aan de opschorting moet worden toegewezen, faalt.
grief IV, die is gericht tegen de toewijzing van de vordering in oorspronkelijk reconventie en
grief V, die verder geen zelfstandige betekenis heeft.