Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
gemeente Valkenburg aan de Geul,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
4.Debeoordelingvanhetgeschilinhogerberoep
“Het gepachte mag voor geen andere doeleinden worden gebruikt dan voor de uitoefening van het tuinbouwbedrijf. De pachter moet het gepachte overeenkomstig de bestemming gebruiken.”De gemeente voert aan dat [geïntimeerde] het gepachte niet meer conform de gebruiksbepaling in de pachtovereenkomst gebruikt omdat hij een hoveniersbedrijf exploiteert. Op dezelfde grond betoogt zij dat geen sprake meer is van bedrijfsmatige landbouw.
p. 14).
(vgl. ook gerechtshof Arnhem 15 februari 2011, ECLI:GHARN:2011:BP6580, TvAR 2011/5629, [appellant A] / [geïntimeerde A] en gerechtshof Arnhem 14 februari 2012, ECLI:NL:GHARN:2012:BW4844, [appellant B] / [geïntimeerde B] ). Daarbij merkt het hof op dat het in deze gaat om de ingebruikgeving van een woning, garage/schuur, kas en cultuurgrond, die verschillende huurregimes kennen en waar bij de bedrijfsruimte(n) nog de vraag aan de orde is of sprake is van 7:290 BW of 7:230a BW bedrijfsruimte. De pachtkamer van het hof is niet bevoegd daarover te beslissen. Dat is de kantonrechter van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht. Het hof zal de zaak dan ook naar die rechter verwijzen ter verdere behandeling en beslissing.
- salaris advocaat € 1.788 (2 punten x tarief II).
De kosten voor de procedure in hoger beroep aan de zijde van [geïntimeerde] begroot het hof op € 311 aan griffierecht en op € 1.788 (2 punten x tarief II) voor salaris advocaat.