Uitspraak
[appellant],
TCE,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
- een memorie na deskundigenbericht van [appellant] ;
- een antwoordmemorie na deskundigenbericht van TCE.
2.De verdere beoordeling in het principaal appel
"1. Heeft de capaciteit van de buitenboiler tot gevolg dat deze niet zonder problemen, bestaande in het terugslaan van rookgassen en het ontstaan van roetvorming, kan functioneren in combinatie met het verwarmingssysteem van [appellant] ?
"geen gewenste situatie"en
"zal de goede werking van de buitenboiler beperken".
"Hoe ernstig dit zal zijn, is pas nader te beoordelen aan de hand van metingen tijdens de normale werking van het systeem. Periodes tussen warmtetoevoer aan het water vanuit de boiler, worden bepaald door de warmtevraag van de woning. Deze warmtevraag is weer afhankelijk van de isolatiegraad van de woning, het te verwarmen oppervlak, ventilatie van de woning, et cetera. Zonder deze gegevens dan wel metingen tijdens bedrijf, zal niet aan te geven zijn hoe vaak de buiten boiler per dag zal opwarmen.", aldus de deskundige (deskundigenrapport, pagina 11-12). Verlenging van het rookkanaal biedt volgens de deskundige geen oplossing voor dit probleem.
"(…) Op volle capaciteit vraagt de installatie dus circa 0,008 m3 hout.Indien de outdoorboiler voor circa de helft wordt gevuld met hout, ligt er circa 0,4 m3 hout in de vuurkist. Deze hoeveelheid hout is voldoende voor een maximale capaciteitsvraag gedurende circa 48 uur.Aangezien de installatie nimmer permanent de volledige capaciteit benodigt, is de voorraad brandstof (hout) in de vuurkist ruimschoots voldoende voor een langere termijn dan 48 uur. Tijdens perioden van beperkte warmtevraag, als er niemand aanwezig is, tijdens de voor- en naseizoenen of tijdens de nachtelijke uren, is de warmtevraag zodanig verminderd dat met de voorraad brandstof in de vuurkist een nog langere periode kan worden overbrugd.Uit de bovenstaande berekening kan worden geconcludeerd dat de outdoorboiler veelvuldig op de maximaal ingestelde watertemperatuur de luchttoevoer van de vuurkist gaat smoren.Ten gevolge van een verminderde luchttoevoer zal het vuur doven en gaat de aanwezige houtmassa smeulen en na een bepaalde tijd zal het vuur zelfs geheel doven.Als de temperatuur in de vuurhaard lager wordt, dalen ook de temperaturen van de rookgassen. Dientengevolge daalt ook de thermische trek van de rookgassen en zullen de rookgassen na verloop van tijd terugslaan in de vuurhaard ten gevolge van een onvolledige verbranding.Op het moment dat de luchttoevoer van de vuurkist wordt geopend zal het vuur langzaam aanwakkeren en de thermische trek van het rookkanaal zal weer langzaam op gang komen. De inmiddels gevormde roetdelen zullen dan via het rookgaskanaal worden uitgestoten en zullen neerslaan in de omgeving.Indien het rookgaskanaal wordt verlengd tot circa 11 meter, koelen de rookgassen bij bepaalde temperaturen nog harder af, waardoor het risico van terugslaan van rookgassen en roetvorming nog hoger wordt. (…)"
De deskundige heeft volgens TCE de werking van de boiler niet onderkend. Zo kan het water op 95 graden, maar ook zelfs op 65 graden worden gestookt (en alle tussenliggende temperaturen), wat tezamen met de hoeveelheid hout die wordt ingevoerd, bepaalt hoeveel energie de boiler opwekt. Bovendien kan met de computerinstallatie die bij de boiler behoort, worden geregeld wanneer de kleppen van de boiler open en dicht gaan. De wijze waarop de boiler energie opwekt, kan dus in hoge mate worden gereguleerd, aldus TCE (antwoordmemorie na deskundigenbericht onder 12).
Voorst stelt TCE dat de deskundige zich niet in de technische eigenschappen van de boiler (waaronder de isolatie) heeft verdiept, noch aan de hand van een onderzoek aan de litigieuze boiler, noch aan de hand van anderszins kenbare technische gegevens van de boiler. Dit maakt de bevindingen van de deskundige volgens TCE zonder waarde. TCE biedt ter zake nader (tegen)deskundigenbewijs of (tegen)getuigenbewijs van haar medewerkers en bestuurder en van medewerkers van TÜV (antwoordmemorie na deskundigenbericht onder 3).
"(…) dit standpunt deel ik niet. De wijze van opwekking van warmte (door verbranding van hout) is niet modulerend. Dit is ofwel aan (branden) of uit (smoren) van het verbrandingsproces. De watertemperatuur kan wel geregeld worden en wel door regeling van de brandduur van de boiler.De boiler kan 75W aan verwarming leveren. Als aanmerkelijk minder vermogen nodig is, kan dat alleen door het verbrandingsproces in de boiler te smoren. Dit leidt tot het meermaals opstoken en smoren van het proces. Hoe vaak dit gebeurt is op voorhand inderdaad niet aan te geven; dat dit gezien de uitleg van de installatie en wijze van regeling gebeurt, is zeker. Deze opmerking heeft derhalve niet tot aanpassing van het rapport geleid."
Het hof stelt vast dat TCE bewijs heeft aangeboden (i) door middel van geschriften, (ii) het doen horen van getuigen, onder wie medewerkers van TÜV Reinland, (iii) een (nader) deskundigenbericht, (iv) het doen horen van getuigen-deskundigen en (v) een gerechtelijke plaatsopneming. Het hof overweegt dienaangaande als volgt. Bewijs door middel van geschriften had TCE spontaan in het geding kunnen brengen. Daarvoor is geen toestemming van de rechter nodig. Voor het gelasten van een tweede deskundigenbericht en een plaatsopneming ziet het hof geen aanleiding. Wat betreft het aanbod tot het doen horen van getuigen-deskundigen, zal het hof TCE op de voet van artikel 200 Rv in de gelegenheid stellen een deskundige ter zitting mee te brengen opdat deze kan worden gehoord. Ten aanzien van het aanbod getuigen te doen horen houdt het hof de beoordeling aan in afwachting van het resultaat van de comparitie.
1) Volgens TCE hebben de "eisen" van de fabrikant de status van instructies/adviezen en niet die van harde eisen, althans zeker niet in het kader van de vraag of sprake is van non-conformiteit bij koop.
2) Volgens TCE zijn niet de (uit de Verenigde Staten afkomstige) instructies van de fabrikant bepalend, maar is de Nederlandse wetgeving bepalend.
"(…) de opmerking dat de genoemde adviezen alleen voor de Verenigde Staten zouden gelden, is een juridische kwestie en buiten mijn deskundigheid. Hierover doe ik dan ook geen uitspraak. Wel wil ik opmerken dat dit wel degelijk een aangepaste gebruikershandleiding betreft. Dit houdt in dat het apparaat (volgens de fabrikant) voldoet aan de Europese richtlijnen (Europese Economische Ruimte (EER). Van een volledig letterlijke vertaling lijkt geen sprake te zijn.Daarnaast wijs ik erop dat op diverse punten in de handleiding staat aangegeven dat er niet afgeweken mag worden en dat de instructies opgevolgd dienen te worden. (…)"
3.De beslissing
beidepartijen,
de deskundigeen – zo nodig – van hun raadslieden voor de periode van drie maanden na bovengenoemde rolzitting zal opgeven, waarna het hof dag en uur van de verschijning zal vaststellen;