Uitspraak
Overwegingen:
Beslissing
[terbeschikkinggestelde]voor zover deze betreft de opheffing van het bevel tot voorlopige verpleging van overheidswege.
nader aanzodat deze voorwaarden als volgt komen te luiden dat:
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 11 augustus 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Midden-Nederland, locatie Lelystad, van 25 april 2016. De zaak betreft de terbeschikkingstelling (TBS) van een terbeschikkinggestelde, die in het kader van zijn behandeling in een forensische psychiatrische kliniek (FPC) onder voorwaarden is geplaatst. De rechtbank had de vordering van het openbaar ministerie om de terbeschikkinggestelde van overheidswege te verplegen afgewezen. Het hof heeft de zaak beoordeeld aan de hand van verschillende rapporten van de reclassering en de psycholoog, die de problematiek van de terbeschikkinggestelde in kaart hebben gebracht. De terbeschikkinggestelde vertoonde antisociale trekken en had behoefte aan intensieve behandeling. Het hof oordeelde dat de afwijzing van de vordering van de officier van justitie door de rechtbank op goede gronden was gedaan en bevestigde deze beslissing, met aanvulling van de voorwaarden waaronder de terbeschikkingstelling voortgezet kan worden. Het hof benadrukte dat de beveiliging van de maatschappij een belangrijk doel is van de maatregel van terbeschikkingstelling en dat de voorlopige verpleging van de terbeschikkinggestelde pas eindigt wanneer er onherroepelijk op de onderliggende vordering is beslist. De terbeschikkinggestelde moet zich houden aan de voorwaarden die door de reclassering zijn opgesteld, waaronder het meewerken aan zijn behandeling en het onderhouden van contact met de reclassering.