Uitspraak
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in het principaal en het incidenteel hoger beroep
3.De vaststaande feiten
-bij familie- door de GI meerdere malen is gecheckt en dat daarbij de door de moeder gestelde risico's voor de omgang tussen de vader en [de minderjarige] niet zijn aangetroffen.
7 januari 2016 dat het goed gaat met [de minderjarige] . Hij heeft zijn traject bij de kindercoach goed afgesloten en zich het afgelopen jaar goed ontwikkeld. Daarnaast is gebleken dat de moeder zelf een psycholoog voor [de minderjarige] heeft ingeschakeld omdat de moeder wilde weten waarom [de minderjarige] niet meer naar de vader wil en of hij problemen ondervindt van de huidige situatie. Onweersproken is door haar ter zitting in hoger beroep verklaard dat de psycholoog in dat opzicht -en ook overigens- geen problemen bij [de minderjarige] heeft geconstateerd. Evenmin is gebleken dat de moeder zich tegenover [de minderjarige] in negatieve zin uitlaat over de vader, of dat zij hem anderszins in een loyaliteitsconflict brengt. Het enkele ontbreken of niet nakomen van de omgangsregeling tussen de vader en [de minderjarige] biedt dan ook onvoldoende basis voor het opleggen van een maatregel als de onderhavige, zodat het verzoek tot verlenging alsnog zal worden afgewezen.