ECLI:NL:GHARL:2015:3274
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Toewijzing wrakingsverzoek tegen rechters in strafzaak
In deze zaak heeft de wrakingskamer van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 2 april 2015 uitspraak gedaan op een verzoek tot wraking van de rechters R. van den Heuvel, M.L.H.E. Roessingh-Bakels en A. van Waarden. Het verzoek tot wraking werd ingediend door de verdediging van de verdachte, die zich zorgen maakte over de onpartijdigheid van de rechters na een incident tijdens de terechtzitting op 24 februari 2015. Tijdens deze zitting had de voorzitter van het hof, mr. R. van den Heuvel, zonder voorbehoud verklaard dat er geen sprake was van stelselmatige observatie van de verdachte, wat volgens de verdediging een indicatie was van vooringenomenheid. De verdediging voerde aan dat deze opmerking de indruk wekte dat het hof zich al een oordeel had gevormd over de ontvankelijkheid van het openbaar ministerie en de bewijsvoering, voordat het onderzoek was gesloten.
De wrakingskamer heeft de ontvankelijkheid van het verzoek beoordeeld en vastgesteld dat het verzoek tijdig was ingediend. De gronden voor de wraking werden als zwaarwegend beschouwd, omdat de voorzitter van het hof zich al een oordeel had gevormd over de stelselmatige observatie, wat de verdachte de vrees gaf dat de rechters niet onpartijdig konden oordelen. De wrakingskamer benadrukte dat rechters uit hoofde van hun aanstelling vermoed worden onpartijdig te zijn, maar dat uitzonderlijke omstandigheden kunnen leiden tot een ander oordeel.
Uiteindelijk heeft de wrakingskamer het verzoek tot wraking toegewezen, wat betekent dat de betrokken rechters niet langer in deze zaak kunnen optreden. De beslissing werd genomen door mr. H. Abbink, voorzitter, en de raadsheren R.F.C. Spek en J.P. Bordes, in aanwezigheid van griffier mr. W.B. Kok.