Uitspraak
Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
[verdachte],
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
Het vonnis waarvan beroep
De tenlastelegging
Overweging met betrekking tot het bewijs
- i) indien een beroep is gedaan op de vrijstellingsgrond als bedoeld in artikel 5, aanhef en onder b Lpw de rechter moet onderzoeken of de bedenkingen de richting van het onderwijs betreffen (vgl. HR 19 februari 1980, NJ 1980, 190 en HR 30 oktober 2001, ECLI:NL:HR:2001:AB2946, NJ 2002, 98); blijkens de wetsgeschiedenis heeft de wetgever niet gewild dat de rechter het gewicht van de bedenkingen beoordeelt (vgl. HR 19 februari 1980, NJ 1989, 190)
- ii) onder overwegende bedenkingen tegen de richting van het onderwijs als bedoeld in artikel 5, aanhef en onder b Lpw zijn niet begrepen bedenkingen tegen de soort van het onderwijs, tegen de leerplicht als zodanig of tegen de wettelijke inrichting van het onderwijs (vgl. HR 3 oktober 2000, ECLI:NL:HR:2000:ZD1985, NJ 2000, 703);
- iii) degene die zich op een vrijstelling beroept, dient – gelet op het voorgaande – duidelijk aan te geven welke zijn bedenkingen zijn tegen het onderwijs op de scholen of instellingen die zich binnen redelijke afstand van zijn woning bevinden en waarop de jongere geplaatst zou kunnen worden, opdat de rechter kan beoordelen of die bedenkingen de richting van het op die scholen of instellingen gegeven onderwijs betreffen (vgl. HR 11 februari 2003, ECLI:NL:HR:2003:AF0453).
Bewezenverklaring
of omstreeksde periode van 1 augustus 2011 tot en met 13 oktober 2011 te [plaats], in de gemeente [gemeente],
meermalen, althans eenmaal,terwijl hij
(telkens) als degene diehet gezag uitoefende over de minderjarige [naam minderjarige] (roepnaam [roepnaam]) [achternaam minderjarige], geboren op [geboortedatum minderjarige],
althans terwijl hij zich (telkens) met de feitelijke verzorging van die jongere had belast, (telkens)niet heeft voldaan aan de verplichting om overeenkomstig de bepalingen van de Leerplichtwet 1969 te zorgen dat die minderjarige als leerling van een school was ingeschreven.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf en/of maatregel
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
geldboetevan
€ 200,00 (tweehonderd euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
4 (vier) dagen hechtenis.
1 (één) jaaraan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.