Op grond van de stukken en hetgeen tijdens de mondelinge behandeling naar voren is gekomen, is het hof van oordeel dat bij [appellant] sprake is van ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die zijn ontwikkeling naar volwassenheid ernstig belemmeren en die maken dat de verzochte gesloten plaatsing noodzakelijk is om te voorkomen dat [appellant] zich aan de zorg die hij nodig heeft zal onttrekken of daaraan door anderen zal worden onttrokken.
Samen met de stichting maakt het hof zich grote zorgen om [appellant]. [appellant] vertoont op zijn
13-jarige leeftijd zorgelijk delinquent en risicovol gedrag, zoals diefstal, inbraak, verstrekken van (hard-)drugs, gebruik van drugs, liegen, spijbelen, pesten en intimideren, waarbij de ouders niet bij machte blijken te zijn om hun pedagogische vaardigheden af te stemmen op de ontwikkelingsbehoefte van [appellant].
Het hof neemt daarbij in overweging dat de ouders vanuit de thuissituatie - ondanks het zorgelijke risicogedrag van [appellant], enigszins vergelijkbaar met zijn oudere broers - niet de nodige stappen hebben genomen en niet zijn ingesprongen op de vanuit de school en de stichting gegeven handreikingen, zoals onder andere de ingezette hulp in de vorm van onderzoek en behandeling van Accàre-naschoolse deeltijd behandeling. Integendeel, uit de stukken blijkt dat de door de school (AOC Terra), de politie en de stichting gesignaleerde zorgen met betrekking tot het gedrag en de kringen waarin [appellant] zich begeeft noch met [appellant] noch met zijn ouders bespreekbaar waren en dat de pogingen in het afgelopen jaar om met [appellant] en zijn ouders tot een gezamenlijk gedragen plan van aanpak te komen niet tot resultaat hebben geleid. Ook het gegeven dat de moeder [appellant] heeft onttrokken aan school, onderzoek en behandeling om met hem in december 2013 te vluchten naar/ onder te duiken in Oostenrijk, omdat zij, zoals zij ter zitting heeft verklaard, overstuur was geraakt door het verzoek van de stichting, getuigt niet van inzicht in hetgeen [appellant] nodig heeft om zich op een positieve wijze te kunnen ontwikkelen naar (jong-) volwassenheid.
Het hof maakt uit de stukken en het verhandelde ter zitting dat de ouders op geen enkele wijze inzien dat hun handelen en de wijze waarop zij hun verantwoordelijkheid nemen voor de opvoeding (inclusief de emotionele opvoeding) van hun kinderen en ook hun (gesloten) gezinssysteem, mede oorzaak kunnen zijn voor de problemen van hun kinderen. Het hof acht de ouders dan ook op dit moment werkelijk niet in staat om op adequate wijze mee te werken aan een gedegen onderzoek van [appellant]. Gelet op de aard en ernst van zijn delinquent en risicovol gedrag, afgezet tegen zijn jeugdige leeftijd en de sterk bagatelliserende en verhullende houding die de ouders geneigd zijn daarbij aan te nemen, is het hof met de stichting overtuigd van de noodzaak om [appellant] los van zijn thuissituatie te kunnen observeren en onderzoeken, teneinde eventueel aanwezige problematiek bij [appellant] vast te stellen en te bepalen welke behandelingsinterventies noodzakelijk zijn om hem op een positieve wijze te kunnen ondersteunen in zijn ontwikkeling naar volwassenheid.
De omstandigheid dat de taakstraf van [appellant] bestaande uit 20 uren leerstraf Tools4Y positief is verlopen, geeft het hof geen aanleiding anders te oordelen, evenmin als het feit dat de oudere broers van [appellant], [A] en [B], inmiddels het huis uit zijn en, zoals de ouders stellen, geen invloed meer uitoefenen op [appellant].