Uitspraak
[appellant],
TCE,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
- de memorie van antwoord in incidenteel hoger beroep ,
- een antwoordakte van [appellant].
"bij arrest(en):
2.De feiten in het principaal en incidenteel appel
"De boilers kunnen aangesloten worden op praktisch elke verwarmingsinstallatie."en tevens:
"kan aangesloten worden op uw bestaande verwarmingssysteem".
€ 2.385,64 (het bedrag aan btw) zou betalen. Vervolgens diende [appellant] bij levering 80% van het restantbedrag, zijnde € 10.044,80 te voldoen en bij de inwerkingstelling het resterende bedrag ad € 2.511,20.
"...) is het mogelijk dat je binnenkort eens bij ons langs komt? Het gaat om het laatste stukje van het aansluiten, dat is niet duidelijk. (naar de bestaande installatie toe), de rest is klaar.Vervolgens heeft [X] op 18 augustus 2010 de buitenboiler bij [appellant] bekeken.
"Ik heb begrepen dat uw huidige installatie een 100% warme lucht installatie is en dat deze in de huidige vorm niet op een outdoor Boiler aangesloten kan worden.
"Pas toen ik bij u was heb ik gezien welke installatie u had.Toen u in [plaats] was heeft u mij verteld dat u een CV installatie had (geen papieren getoond).Op basis hiervan kon ik u de boiler verkopen, want de boiler past op iedere CV installatie.Zelfs toen ik bij u was, kon u man mij niet vertellen wat voor systeem u had. Daarom heb ik foto's gemaakt en aan [Y] gevraagd om informatie.Naderhand bleek pas dat u een hete luchtsysteem had. Was dit op voorhand bekend geweest, dan had ik u niet zomaar een installatie verkocht.De heer [Y] heeft veel moeite gedaan om voor u toch een passende oplossing te vinden.Hoewel ik van mening dan[lees: ben; toev. hof]
dat wij volledige buiten dit verhaal staan, ben ik bereid om u tegemoet te komen.Indien u deze week de openstaande vordering overmaakt, mag u totaal euro 500,00 in mindering brengen."
een buitenboiler kan leveren, in dit geval maximaal 75 kW, is vele malen hoger dan de installatie in de woning van partij I[[appellant]; toevoeging hof]
vraagt.De outdoorboiler zal hierdoor vele starts en stops hebben waarbij telkens een onvolledige verbranding ontstaat.Onvolledige verbrandingen hebben o.a. roetvorming maar ook condensvorming tot gevolg. Roetvorming veroorzaakt een hinder naar de omgeving en condensvorming zal de levensduur van de outdoorboiler aanzienlijk verminderen.Concluderend kan worden gesteld dat partij II[TCE; toevoeging hof]
een niet juist advies heeft uitgebracht aan partij I inzake de toepassing van een outdoorboiler ten behoeve van de woning van partij I.
3.Het geschil en de beoordeling in eerste aanleg
4.Met betrekking tot de eiswijziging in het principaal appel
De in artikel 347 lid 1 Rv besloten twee-conclusie-regel beperkt de aan oorspronkelijk eiser toekomende bevoegdheid tot verandering of vermeerdering van eis in hoger beroep in die zin dat hij in beginsel zijn eis niet later dan in zijn memorie van grieven of antwoord mag veranderen of vermeerderen. Dit geldt ook als de verandering of vermeerdering van eis slechts betrekking heeft op de grondslag van hetgeen ter toelichting van de vordering door de oorspronkelijke eiser is gesteld. Een reden voor een uitzondering op deze regel is niet gebleken, zodat het hof de eiswijziging niet toelaatbaar acht en recht zal doen op de oorspronkelijke eis.
Het hof verwerpt dit bezwaar, omdat hier geen sprake is van een (nieuwe) grief. De kantonrechter heeft immers geoordeeld dat [appellant] bevoegd was om de nakoming van deze betalingsverplichting op te schorten.
Het hof verwerpt ook dit bezwaar. Aangezien sprake is van een "consumentenovereenkomst" en het betreffende beding voorkomt op de zogenaamde "zwarte lijst"(artikel 6:236 sub c BW), kan het hof dit beding ambtshalve - zonder dat daartoe een beroep op de vernietigbaarheid door [appellant] vereist is - buiten toepassing laten.
5.De beoordeling in het principaal appel
Op 30 januari 2010 heeft een gesprek tussen [appellant] en [X] plaatsgevonden over de mogelijkheden van een houtgestookte buitenboiler, zoals deze wordt aangeboden door TCE.
Op verzoek van TCE had [appellant] de gegevens van zijn verwarmingsinstallatie naar dit gesprek meegenomen.
In de folder van TCE staat:
"De boilers kunnen aangesloten worden op praktisch elke verwarmingsinstallatie."en tevens:
"kan aangesloten worden op uw bestaande verwarmingssysteem".
[X] heeft tijdens dit gesprek aangegeven dat hij bekend was met het [Q]-verwarmingssysteem dat [appellant] in zijn woonboerderij heeft.
[X] heeft tijdens dit gesprek meegedeeld dat de buitenboiler zich in een periode van 7 jaar zou terugverdienen.
De boiler is op 10 april 2010 geleverd.
Het geleverde boilersysteem heeft nooit gefunctioneerd.
De volgende problemen deden zich voor, in chronologische volgorde:
1) de buitenboiler kon niet zonder meer op het bestaande verwarmingssysteem van [appellant] worden aangesloten; de aansluiting was alleen mogelijk door het aanbrengen van extra warmtewisselaars; dit is gedaan door [Y] conform de offerte van 8 oktober 2010 (kosten € 2.850,- inclusief btw).
Na de installatie op 27 november 2010 heeft de buitenboiler eenmaal proefgedraaid. Toen bleek sprake te zijn van het volgende probleem:
2) er ging allemaal lucht langs de warmtewisselaar.
Vervolgens heeft een e-mailwisseling tussen [appellant] en [Y] plaatsgevonden, waarin naar de oplossing van dit probleem is gezocht.
Op 23 februari 2011 is door [Y] een tweede warmtewisselaar geplaatst. De boiler is toen voor het eerst in werking gesteld, maar bleek niet naar behoren te werken. Er was sprake van de volgende problemen:
3) enorme rookontwikkeling met als gevolg ernstige overlast voor de buren;
4) onvoldoende verwarmingscapaciteit.
Op 12 juli 2011 heeft ZNEB de situatie ter plaatse opgenomen. ZNEB heeft geconcludeerd tot ongeschiktheid van de geleverde buitenboiler voor het verwarmingssysteem van [appellant].
Subsidiairvordert hij vernietiging van de overeenkomst wegens dwaling. Als hij had geweten dat de buitenboiler niet geschikt was voor zijn woonhuis/verwarmingssysteem, had hij dit product nooit gekocht, aldus [appellant]. Daarnaast vordert hij schadevergoeding.
TCE is jegens hem tekortgeschoten doordat zij een voor de woning en het verwarmingssysteem van [appellant] ondeugdelijk product heeft geleverd: de buitenboiler heeft een veel groter vermogen (75 kW) dan noodzakelijk is voor de verwarmingsinstallatie van de woning van [appellant], namelijk 25 kW. Het gevolg is dat de buitenboiler veel starts en stops moet maken in de verwarming van het water. Hierdoor ontstaat een onvolledige verbranding. Het resultaat van onvolledige verbranding is roet- en condensvorming. De roetvorming is vervelend voor de directe leefomgeving van de buitenboiler en de condensvorming zal zorgen voor een versneld roestproces van de buitenboiler. De buitenboiler heeft dan een kortere levensduur. Er is kortom een ondeugdelijk en niet werkend systeem geleverd, dat op geen enkele wijze ooit deugdelijk zou kunnen functioneren. TCE had zich als deskundig leverancier moeten vergewissen van de aard en het vermogen van het verwarmingssysteem van [appellant]. Tevens had TCE zich moeten vergewissen van de leefomgeving van [appellant] (met betrekking tot de mogelijke rookontwikkeling). Dit heeft TCE niet gedaan, zodat het voor rekening en risico komt van TCE dat er een ondeugdelijk product is geleverd.
Schending van de klachtplicht?
"De koper kan er geen beroep meer op doen dat hetgeen is afgeleverd niet aan de overeenkomst beantwoordt, indien hij de verkoper daarvan niet binnen bekwame tijd nadat hij dit heeft ontdekt of redelijkerwijs had behoren te ontdekken, kennis heeft gegeven. Blijkt echter aan de zaak een eigenschap te ontbreken die deze volgens de verkoper bezat, of heeft de afwijking betrekking op feiten die hij kende of behoorde te kennen doch die hij niet heeft meegedeeld, dan moet de kennisgeving binnen bekwame tijd na ontdekking geschieden. Bij een consumentenkoop moet de kennisgeving binnen bekwame tijd na de ontdekking geschieden, waarbij een kennisgeving binnen een termijn van twee maanden na de ontdekking tijdig is."
Problemen met aansluiting van de buitenboiler op het verwarmingssysteem van [appellant]
- bij e-mail van 17 juli 2010 (productie 7 bij de inleidende dagvaarding) heeft [appellant] aan [X] aangegeven dat het hem niet duidelijk is hoe de boiler op de bestaande installatie moet worden aangesloten;
- bij e-mail van 30 augustus 2010 (productie 8 bij de inleidende dagvaarding), de datum waarop [X] voor het eerst thuis heeft bezocht, heeft [X] aan [appellant] meegedeeld dat de oorzaak van het aansluitingsprobleem is gelegen in het type verwarmingssysteem (heteluchtverwarming) dat [appellant] heeft, en heeft hij [appellant] voor een oplossing van dit probleem naar [Y] verwezen;
- bij e-mail van 11 oktober 2010 (productie 9 bij de inleidende dagvaarding) heeft [appellant] aan [X] meegedeeld dat met de aansluiting door [Y] een (extra) bedrag van € 2.850,- gemoeid is, en dat de buitenboiler, die verkocht is als zijnde een compleet pakket, daarmee niet aan de verwachtingen van [appellant] voldoet.
Tussen partijen is niet in geschil dat [Y] TCE steeds op de hoogte heeft gehouden van de ontwikkelingen met betrekking tot de installatie van de buitenboiler bij [appellant], zodat TCE bekend was met de problemen die zich daarbij hebben voorgedaan. Dit blijkt ook uit de
e-mail van TCE ([X]) aan [appellant] d.d. 1 maart 2011 (productie 7 bij de memorie van grieven), waarin, voor zover thans van belang, het volgende staat:
"Ik heb van [Y] begrepen dat de Outdoor Boiler nu goed functioneert.Ik verzoek u hierbij om het openstaande bedrag van Euro 2287,06 deze week te voldoen."Problemen bij de inwerkingstelling van de buitenboiler
- er is sprake van rookontwikkeling;
- de normale heteluchtketel springt steeds op storing.
doet daarbij een beroep op opschorting van betaling van de restschuld totdat de boiler naar behoren werkt.
Non-conformiteit?
Tussen partijen is niet in geschil dat de buitenboiler op zichzelf deugdelijk is. Waar partijen over twisten is (1) de vraag, of de buitenboiler geschikt is voor het verwarmingssysteem van [appellant], en zo nee, (2) de vraag of [appellant] op grond van de overeenkomst mocht verwachten dat de buitenboiler daarvoor wél geschikt zou zijn.
"Nadat besloten is dat de fam. [appellant] de buitenboiler niet meer ging gebruiken hebben wij onder andere de wisselaars retour genomen. Deze wisselaars zijn enige tijd later bij een andere klant naar volle tevredenheid geïnstalleerd. Deze installatie bestaat ook uit een [Q] heteluchtverwarmer in combinatie met een houtkachel. De conclusie van de heer [Z] dat de buitenboiler nimmer op de verwarmingsinstallatie zal kunnen werken komt niet overeen met onze bevindingen.Onze conclusie is dat de verwarmingsinstallatie wel degelijk een werkende installatie was in combinatie met de buitenboiler."
1) Heeft de buitenboiler een te grote capaciteit voor het verwarmingssysteem van [appellant]?
2) Zo ja, heeft dit het terugslaan van rookgassen en het ontstaan van roetvorming tot gevolg?
3) Kunnen de onder 2 bedoelde problemen worden opgelost door verlenging van het rookkanaal?
4) Heeft de buitenboiler onvoldoende verwarmingscapaciteit voor de woning van [appellant]?
6.De beslissing
de rolzitting van dinsdag 5 augustus 2014voor akte aan de zijde van beide partijen;