Uitspraak
Verkort arrest van de economische kamer
V O.F. [verdachte],
Onderzoek van de zaak
Procesgang
Het vonnis waarvan beroep
De geldigheid van de dagvaarding
De ontvankelijkheid van het openbaar ministerie
Overweging met betrekking tot het bewijs
Overweging met betrekking tot het bewijs van het onder primair tenlastegelegde
Bewezenverklaring
zij
op een of meer tijdstip(pen)in
of omstreeksde periode van 1 oktober 2002 tot en met 16 november 2004,
althans in of omstreeks de periode van 1 april 2003 tot en met 16 november 2004in de gemeente [gemeente] tezamen en in vereniging met een ander of anderen
en/althans alleen, (telkens)in perceel [adres] ("[naam cafetaria]"),
althans in een aan de [adres] gelegen perceel,al dan nietopzettelijk gelegenheid heeft gegeven aan
(personen uit
)het publiek om door middel van enig
(e
) (kans
)spel
(en
)-op
een of meerinternet
(gok)zuil
(en
)-, mede te dingen naar prijzen en/of premies, waarbij de aanwijzing der winnaar
(s
)geschiedde door enige kansbepaling waarop de deelnemers in het algemeen geen overwegende invloed konden uitoefenen, terwijl daarvoor
(telkens)geen vergunning ingevolge de Wet op de kansspelen was verleend.
Strafbaarheid van het onder primair bewezenverklaarde
- uiterlijk dienen zij zich aan als een soort desktopcomputers;
- er staan geen bijzondere vermeldingen op over de bestemming;
- de startpagina bevat geen directe verwijzingen naar “goksites”.
- van een klant die wilde gokken werd door een personeelslid een geldbedrag geïncasseerd, waarna het door het personeelslid mogelijk werd gemaakt dat de klant op een van de internetzuilen inlogde en met de waarde van het bedrag op die internetzuil kansspelen kon spelen.
- voor een klant die wilde gokken werd door een personeelslid een bepaalde site geopend die toegang gaf tot een keuzemenu voor sites waarop gegokt kon worden.
- bij winst van de klant werden de door de klant gewonnen punten door een personeelslid in euro’s omgerekend en dit bedrag werd vervolgens door het personeelslid uitbetaald.
Bewezenverklaring van het onder subsidiair tenlastegelegde
op een of meer tijdstip(pen)in
of omstreeksde periode van 1 oktober 2002 tot en met 16 november 2004,
althans in of omstreeks de periode van 1 april 2003 tot en met 16 november 2004in de gemeente [gemeente]
en/althans (elders) in Nederland,
en/althans alleen,
althans in een aan de [adres] te [gemeente] gelegen perceel,te weten een voor het publiek toegankelijke plaats,
al dan nietopzettelijk zonder vergunning van de burgemeester, speelautoma
(a
)t
(en
)te weten kansspelautoma
(a
)t
(en
)heeft aanwezig gehad.
Strafbaarheid van de verdachte
Beroep op (rechts)dwaling
- de onafhankelijkheid en de onpartijdigheid van de adviseur;
- de specifieke deskundigheid van de adviseur;
- de complexiteit van de materie waarover advies wordt ingewonnen;
- de precieze inhoud van de adviezen.
Beroep op feitelijke dwaling
Verzoek tot het horen van getuigen
- [getuige 1] (destijds werkzaam bij de gemeente [gemeente]).
- De heer [getuige 2] (destijds werkzaam bij de politie [gemeente], afdeling bijzondere wetten).
- De op pagina 3 van de brief van de gemeente [gemeente], gedateerd 10 februari 1999, genoemde medewerker, welke brief is overgelegd in de strafzaak van medeverdachte [medeverdachte].
Oplegging van straf en of maatregel
- op 20 juni 2006 vond de inhoudelijke behandeling van de zaak bij de economische meervoudige kamer in de rechtbank Almelo plaats;
- op 4 juli 2006 is door de economische meervoudige kamer in de rechtbank Almelo vonnis gewezen;
- op 11 juli 2006 is namens verdachte beroep ingesteld tegen het vonnis;
- het dossier is op 21 november 2006 binnen gekomen bij het gerechtshof te Arnhem;
- op 30 mei 2007 heeft de eerste behandeling bij het gerechtshof te Arnhem plaatsgevonden. De zaak werd voor onbepaalde tijd aangehouden omdat de raadsvrouw van verdachte verhinderd was;
- op 26 september 2007 heeft de inhoudelijke behandeling bij het gerechtshof te Arnhem plaatsgevonden;
- het arrest van het gerechtshof te Arnhem is gewezen op 10 oktober 2007;
- op 17 oktober 2007 is namens de verdachte beroep in cassatie ingesteld;
- op 19 januari 2009 is namens de verdachte een schriftuur ingediend bij de Hoge Raad;
- het arrest van de Hoge Raad is gewezen op 16 november 2010. De zaak is daarbij teruggewezen naar het gerechtshof te Arnhem;
- op 5 februari 2013 heeft de inhoudelijke behandeling bij het gerechtshof te Arnhem plaatsgevonden;
- het hof wijst arrest op 19 februari 2013.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
nietstrafbaar en ontslaat de verdachte te dier zake van alle rechtsvervolging.