Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
19 november 2013
[Z](hierna: belanghebbende)
heffingsambtenaarvan de
gemeente Overbetuwe(hierna: de heffingsambtenaar)
1.Ontstaan en loop van het geding
2.De vaststaande feiten
5.1 Conclusies
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 19 november 2013 uitspraak gedaan in het hoger beroep van belanghebbende, [X] [Z], tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland. De zaak betreft de vaststelling van de waarde van een onroerende zaak, gelegen aan [a-straat 1 te Z], door de heffingsambtenaar van de gemeente Overbetuwe. De heffingsambtenaar had de waarde vastgesteld op € 439.000 per waardepeildatum 1 januari 2011, maar belanghebbende betwistte deze waarde en stelde dat deze te hoog was, mede vanwege bodemverontreiniging op het perceel. De rechtbank had het beroep van belanghebbende ongegrond verklaard, waarna hij in hoger beroep ging.
Tijdens de zitting op 16 oktober 2013 werd belanghebbende bijgestaan door taxateur [A]. De heffingsambtenaar had een rapport overgelegd waaruit bleek dat het perceel verontreinigd was, maar dat sanering niet noodzakelijk was. Belanghebbende voerde aan dat de heffingsambtenaar geen rekening had gehouden met de verontreiniging en de gedateerdheid van zijn woning. Het Hof oordeelde dat de heffingsambtenaar onvoldoende had aangetoond dat de vastgestelde waarde niet te hoog was, en dat de imagoschade door de bodemverontreiniging een waarde drukkend effect had.
Het Hof concludeerde dat de waarde van de onroerende zaak moest worden vastgesteld op € 429.000, rekening houdend met de imagoschade. Het Hof vernietigde de uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep van belanghebbende gegrond. Tevens werd de heffingsambtenaar veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen kunnen binnen zes weken in cassatie gaan bij de Hoge Raad.