Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
5 november 2013
[Z](hierna: belanghebbende)
1.Ontstaan en loop van het geding
2.De vaststaande feiten
[Hof: belanghebbende]en 2
[[B] vastgoed BV]hebben een overeenkomst van ruil, terwijl de comparanten
[Hof: de meervoudsvorm is een kennelijke verschrijving]sub 1. met de comparanten sub 3
[[F] Projectontwikkeling BV, ook genoemd[F]]en 4
[Hof: kennelijke verschrijving, er is geen vierde comparant]respectievelijk de comparant sub 2 met de comparanten sub 3 en 4 een koopovereenkomst hebben gesloten onder de bepalingen en bedingen als hierna in deze akte zijn vermeld met betrekking tot de navolgende registergoederen:
De waarde van het penthouse, vrij te aanvaarden bedraagt € 295.000,=. De huurprijs per maand dient te worden vastgesteld op € 850,= p/mnd. Hierbij werd uitgegaan van een "kale oplevering" (zonder keuken en sanitaire voorzieningen)"
4.Beoordeling van het geschil
Hof: belanghebbende] als verweerder [
Hof: de Inspecteur] hieromtrent naar voren hebben gebracht, niet aannemelijk dat eiser dergelijke activiteiten nogmaals zal (laten) uitvoeren c.q. zijn dagelijkse werkzaamheden ervan zal maken. Dit mede gelet op het feit dat het winkelpand en het penthouse na de oplevering wederom door eiser verhuurd worden. Naar het oordeel van de rechtbank is, gelet op het hiervoor overwogene, geen sprake van een onderneming. Nu de rechtbank reeds heeft geoordeeld dat geen sprake is van normaal, actief vermogensbeheer, dient het voordeel te worden aangemerkt als resultaat uit overige werkzaamheden.”
5.Proceskosten
6.Beslissing
5 november 2013in het openbaar uitgesproken.