Uitspraak
[appellant],
Chubb,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
- het deskundigenbericht van Quality in Wind d.d. 6 november 2012;
- de begrotingsbeschikking van het hof Arnhem, locatie Leeuwarden, d.d. 11 december 2012;
- een akte uitlating deskundigenbericht van [appellant];
2.De verdere beoordeling
a. Geven de bevindingen en stellingen in de brief van 4 juli 2007 en het rapport van 22 juni 2007 van Mecal Applied Mechanics B.V. omtrent de kosten van herstel van de Tacke TW600kW windturbine van [appellant] en de daarmee gepaard gaande stilstandschade U aanleiding om geheel of gedeeltelijk terug te komen van het door U op 29 september 2005 aan de rechtbank Zwolle-Lelystad uitgebrachte deskundigenrapport, met name voor zover dit betrekking heeft op de kosten van de noodzakelijke reparaties en de daarmee gepaard gaande stilstandschade, alsmede van hetgeen door U is verklaard op 19 juni 2006 aan de rechtbank Zwolle-Lelystad, zoals vastgelegd in het proces-verbaal van 19 juni 2006?
"[A] te Husum is een gespecialiseerd onderhoudsbedrijf
"
7.1.1 KOSTEN GEHELE REVISIE
de revisie van de tandwielkastwanneer de tandwielkast zou zijn gerepareerd
vlakvoorde crashvan de turbine op 22 november 2001;
gehelerevisie van de eerder opgetreden -en voor het eerst op
eerstop 16 november 2000 door
gelijktijdige reparatievan de 3e trap van de tandwielkast -de snelle as- waarvan op 12 november 2001 door ENRON wordt gemeld dat de binnenring van het lager mee bleek te draaien; dat is het 1e verschijnsel van vastlopen van dit lager. Hierbij zijn uitgezonderd de kosten
De door Mecal en zijn adviseurs geschatte kosten van deze revisie - zoals boven genoemd - is correct, volgens de door mij geraadpleegde partij [A] te Husum. Volgens [A] zal de gehele revisie -prijspeil 2012- globaal € 100.000,- bedragen, inclusief materiaal en reis- en transportkosten. [A] schatte dat de kosten omgerekend naar prijspeil 2001 zo'n 15% minder zouden hebben bedragen, dus zo'n € 85.000,-.OPMERKINGENDe tweede vraagstelling van GHL aan Quality in Wind is: “Geeft het voorgaande U overigens aan
ende oorzaak van lagerschade aan de snelle as (=
oververmogen gaan van de turbine (volgens [A] werd bij harde wind door [A]’s
ente zwaar worden belast. Voornamelijk door deze hoge en wisselende belastingen ontstaat
materiaalmoeheidin de tanden van de wielen en rondsels, dit is een meestal langzaam voortschrijdend proces. Eerst ziet men verkleuring (dofheid, grijs) op de tandflanken (zie 1e
“-In het geval vanoververhittingvan het HSS lager dient de tandwielkast na constatering onverwijld stilgezet te worden, aangezien dit proces meestal snel verloopt. Na het meten van de speling -tussen as en lagerring- (zie boven) door de tandwielkastleverancier dient de ernst van de schade vastgesteld te worden. Bij ernstige slijtage kan dit lager op locatie redelijk eenvoudig, tegen 'matige' kosten vervangen worden. De kosten van schade zouden dan tot aanzienlijk lagere kosten zijn opgelopen, grotendeels door het ontbreken van transportkosten en een geringer aantal arbeidsuren en minder te
"De genoemde tandwielkast is echter in delen te demonteren. Bij het vervangen van de snelle as lagers
grief Iinhoudt dat de noodzaak van deze reparatie hooguit bij de laatste servicebeurt enkele dagen voor de crash had kunnen worden vastgesteld, faalt zij ook in zoverre. Daartoe overweegt het hof dat de door de deskundige gebezigde motivering hem overtuigend voorkomt, en dat het bezwaar van [appellant] tegen de zienswijze van de deskundige een onvoldoende gemotiveerde betwisting daarvan inhoudt (zie onder meer HR 3 mei 2013, ECLI: NL:HR: BZ1468).
Het incidenteel appel
constructiefouten dekt, past zij deze stelling thans in deze zin aan dat de verzekering geen
ontwerpfouten dekt. Een machinebreukverzekering als de onderhavige beoogt volgens haar geen ontwerpfouten te dekken. Aangezien in casu sprake is van schade als gevolg van ontwerpfouten, althans als gevolg van een minder gelukkig ontwerp van de windturbine, valt de schade niet onder de verzekeringsdekking, aldus Chubb. De
grieven II, III en IVbouwen hierop voort en strekken ten betoge dat de onderhavige schade als "normale slijtageschade" voor dit type windturbine dient te worden aangemerkt, zodat deze schade onder de uitsluiting van artikel 2 lid 3 sub e van de polisvoorwaarden valt.
Bij de uitleg van artikel 2 lid 2 sub a van de polisvoorwaarden komt het aan op de betekenis die partijen over en weer redelijkerwijs aan het begrip "Konstruktionsfehler" mochten toekennen en op hetgeen ze te dien aanzien over en weer redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten (Haviltex-criterium). De taalkundige betekenis is daarbij niet de enige, maar wel een belangrijke factor, temeer nu het in casu gaat om twee professionele partijen en om een beding in een set (polis)voorwaarden, bedoeld om gebruikt te worden in meerdere overeenkomsten, terwijl gesteld noch gebleken is dat het beding onderwerp is geweest van contractsonderhandelingen tussen partijen (zie in deze zin ook de rechtbank in rechtsoverweging 2.11 van het bestreden vonnis d.d. 1 november 2006).
Dit brengt mee dat de onderhavige gebreken krachtens artikel 2 lid 2 sub a van de poliswaarden onder de verzekeringsdekking vallen. Daarmee faalt ook het verweer van Chubb dat de schade als - voor dit type windturbine - normale slijtageschade onder de uitsluiting van artikel 2 lid 3 sub e van de polisvoorwaarden valt (zie rechtsoverweging 2.12 van het vonnis d.d. 1 november 2006).
hypothetischekosten die gemoeid zouden zijn geweest met de
nietin november 2000 plaatsgehad hebbende herstelwerkzaamheden, niet onder de verzekeringsdekking vallen, aangezien de verzekering vanzelfsprekend geen dekking biedt voor hypothetische schade.
nieuwe (incidentele) grief. De in artikel 347 lid 1 Rv besloten "twee-conclusieregel" brengt mee dat de rechter in beginsel niet behoort te letten op grieven die in een later stadium dan in de memorie van grieven, dan wel (in het geval van een incidenteel appel) in de memorie van antwoord worden aangevoerd (ECLI:NL:HR: 2009:BI8771). Op deze regel kunnen onder omstandigheden uitzonderingen worden aanvaard, zoals in genoemd arrest is aangegeven. Het hof oordeelt dat daarvoor in dit geval geen aanleiding bestaat, en gaat daarom aan deze grief voorbij.
In het incidenteel appel