ECLI:NL:GHAMS:2025:582

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
11 februari 2025
Publicatiedatum
10 maart 2025
Zaaknummer
23-002833-24
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep wegens eerdere zitting en intrekking van bezwaren

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 11 februari 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 26 november 2024 was gewezen. De verdachte, geboren in 2006 en thans gedetineerd, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis, waarbij de strafmaat als reden werd opgegeven. Tijdens de zitting op 11 februari 2025 heeft de verdachte echter verzocht om zijn bezwaren tegen het vonnis als ingetrokken te beschouwen en om niet-ontvankelijkheid in het hoger beroep. Het hof heeft vastgesteld dat er eerder een zitting heeft plaatsgevonden, waardoor het hoger beroep niet meer kan worden ingetrokken. De verdachte heeft de straf inmiddels in voorarrest uitgezeten en zit nu in vreemdelingenbewaring. Het hof heeft geconcludeerd dat er geen rechtens te respecteren belang is dat een verder onderzoek van de zaak rechtvaardigt. Daarom heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep, op basis van artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering. De beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarin drie rechters zitting hadden, en is op dezelfde dag openbaar uitgesproken.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002833-24
datum uitspraak: 11 februari 2025
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 26 november 2024 in de strafzaak onder parketnummer 13-365353-24 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] ([geboorteland]) op [geboortedag] 2006,
thans uit anderen hoofde gedetineerd in [detentieadres].

Onderzoek ter terechtzitting

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 11 februari 2025.
Namens de verdachte is hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot niet-ontvankelijk verklaring van de verdachte in het hoger beroep.

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

Er heeft een eerdere zitting plaatsgevonden, zodat het hoger beroep niet meer kan worden ingetrokken. Namens de verdachte is te kennen gegeven dat de reden voor het hoger beroep de strafmaat was. De verdachte heeft de straf inmiddels echter in voorarrest uitgezeten en zit thans in vreemdelingenbewaring. De verdachte heeft ter terechtzitting desgevraagd het indringende verzoek gedaan de bezwaren tegen het vonnis als ingetrokken te beschouwen en hem niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep. Ook overigens is niet gebleken van enig rechtens te respecteren belang dat is gediend met enig onderzoek van de zaak. Om die reden wordt de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het ingestelde hoger beroep, gelet op het bepaalde in artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. M.J.A. Duker, mr. C.J. van der Wilt en mr. N.R.A. Meerbeek, in tegenwoordigheid van mr. I.A. de Bruijne, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 11 februari 2025.
De jongste raadsheer is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.