Uitspraak
LIANDER N.V.,
[geïntimeerde 1],
[geïntimeerde 2],
[geïntimeerde 3],
COÖPERATIEVE WINDENERGIE VERENIGING “KENNEMERWIND U.A.”,
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een geschil tussen Liander N.V. en Coöperatieve Windenergie Vereniging Kennemerwind U.A. over de verlegging van bekabeling door Liander. De voorzieningenrechter had Liander in eerdere vonnissen op straffe van een dwangsom verboden om de bekabeling te verleggen en geboden deze te herstellen. Liander heeft echter hoger beroep ingesteld tegen deze vonnissen, waarbij het hof op 4 februari 2025 oordeelt dat er geen spoedeisend belang is voor de vorderingen van de Coöperatieve Windenergie Vereniging. Het hof vernietigt de eerdere vonnissen van 12 juli 2023 en 10 augustus 2023, en wijst de vorderingen van de Coöperatieve Windenergie Vereniging af. Het hof bekrachtigt het vonnis van 12 februari 2024, waarin de Coöperatieve Windenergie Vereniging werd veroordeeld om de executie van het eerdere vonnis te staken. De kosten van het geding worden toegewezen aan de Coöperatieve Windenergie Vereniging, die ook moet terugbetalen wat Liander aan hen heeft betaald op basis van de vernietigde vonnissen.