Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[appellant 1] ,
[appellant 2] ,
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
3.Feiten
4.Beoordeling
‘als alle leden van uw huishouden in de gemeentelijke basisadministratie (BRP) op het adres zijn ingeschreven’. Onvoldoende is bestreden dat [appellant 2] in dit kader als lid van het huishouden van [appellant 1] kan worden beschouwd. Uit het dossier blijkt dat zowel [appellant 1] als [appellant 2] op het adres van de woning staan ingeschreven. Bij deze stand van zaken hebben zowel [appellant 1] als [appellant 2] naar het oordeel van het hof voldaan aan het vereiste van het hebben van een huisvestigingsvergunning zoals bedoeld in artikel 7:268 lid 3 sub c BW.