ECLI:NL:GHAMS:2024:740
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Klacht tegen notaris inzake zorgplicht en verkoop woning in faillissement
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 26 maart 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep over een klacht van klager tegen notaris mr. [geïntimeerde]. Klager, die in 2019 failliet was verklaard, verwijt de notaris dat hij zijn zorgplicht niet heeft nageleefd bij de verkoop van zijn woning. De curator heeft de woning verkocht en de notaris heeft de akte van levering gepasseerd. Klager stelt dat de notaris niet aan zijn informatieplicht heeft voldaan, niet heeft gecontroleerd of de beschikking van de rechtbank legitiem was, en niet heeft geverifieerd of de hypotheekbank en de rechter-commissaris toestemming gaven voor de verkoop.
Het hof heeft de klacht ongegrond verklaard. Het hof oordeelt dat de notaris niet verplicht was klager te informeren over de verkoop, aangezien klager geen partij was bij de verkoop. De notaris heeft een conceptakte en nota van afrekening aan klager gestuurd, wat aantoont dat hij niet laakbaar heeft gehandeld. Wat betreft de controleplicht heeft het hof vastgesteld dat de notaris op de stukken van de curator mocht afgaan en niet gehouden was om de echtheid van handtekeningen te verifiëren. Ook de controle op toestemming van de bank en de rechter-commissaris is door het hof als voldoende beoordeeld, aangezien de notaris aannemelijk heeft gemaakt dat de bank instemde met de verkoop.
Het hof bevestigt de beslissing van de kamer en verklaart alle klachtonderdelen ongegrond. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van de notaris en de curator in faillissementssituaties, en de grenzen van de zorgplicht van de notaris.