Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
geïntimeerde in incidenteel hoger beroep,
hierna te noemen: FH Holland,
1.1. [geïntimeerde 1],2. [geïntimeerde 2],beiden wonende te [plaats],geïntimeerden in principaal hoger beroep,appellanten in incidenteel hoger beroep,
hierna te noemen: [geïntimeerden],
1.Het verdere verloop van de procedure in hoger beroep
2.Beoordeling
hoezij tot hun conclusies komen. Zo staat in het rapport van EversPartners: ‘
Het zijn hoofdzakelijk zakkingscheuren of zettingsscheuren. Dit is het gevolg van het onttrekken van grondwater uit de omgeving. (…) Doordat het grondwater wordt onttrokken in combinatie met het niet gelijkmatig belasten van de tussenmuur en de kelder is de tussenmuur waarschijnlijk iets gaan zetten wat scheurvorming in de wanden tot gevolg heeft.’Een nadere toelichting waaruit blijkt dat de waargenomen scheuren het gevolg zijn van het onttrekken van grondwater uit de omgeving wordt niet gegeven. Bovendien rekent EversPartners de scheurvorming aan de wand mogelijk toe aan het niet gelijkmatig belasten van de tussenmuur en kelder, waardoor de tussenmuur iets is gaan zetten. Daarnaast rapporteert Lankelma het volgende: ‘
Het is aannemelijk dat de grondwaterdaling (zoals geconstateerd onder de kelder en in de tuin en dus reikend tot voorbij de rechter bouwmuur van nummer 21) ook geleidt zal hebben tot extra negatieve kleef aan de palen van nummer 21 en dus de (extra) zakking heeft veroorzaakt.’Uit de rapportage volgt ook geen toelichting waaruit het hof kan afleiden hoe Lankelma tot deze constatering is gekomen. Bovendien verhoudt dit zich niet tot de door Lankelma later getrokken conclusie dat
‘voorafgaand aan de werkzaamheden onvoldoende onderzoek is gedaan om eenduidig aan te kunnen tonen dat de schade wel of niet afkomstig is van de werkzaamheden op nummer 25’.Uit de nadere notities van EversPartners van 10 december 2019 en van 4 en 17 maart 2020 volgt die duidelijkheid evenmin. Het voorgaande betekent dat het hof geen aanleiding ziet terug te komen op zijn beslissing dat het behoefte heeft aan nader onderzoek over kort gezegd het causaal verband tussen de wateronttrekking gedurende zes maanden op nummer 25 en de scheurvorming, klemmende deur en lekkage in de woning en het verzakken van de tuin op nummer 21.
3.De beslissing
uiterlijk op die datumnemen van een akte door beide partijen overeenkomstig rechtsoverweging 2.7;