Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Beslissing
de verdachteop die nadere terechtzitting
in persoon zal verschijnen.
Gerechtshof Amsterdam
In deze tussenuitspraak van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 19 november 2024, wordt het hoger beroep behandeld dat is ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland van 15 juni 2023. De verdachte, geboren in 1992, heeft hoger beroep ingesteld tegen een eerdere veroordeling. Tijdens de zitting op 5 november 2024 is gebleken dat het hof zich onvoldoende voorgelicht achtte over de actuele stand van zaken omtrent de verdachte. Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en de inbreng van de raadsvrouw en de advocaat van de benadeelde partij. Het hof constateert dat de verdachte niet is verschenen op zowel de inhoudelijke behandeling in eerste aanleg als in hoger beroep, wat leidt tot vragen over zijn bereidheid om mee te werken aan hulpverlening.
Het hof heeft besloten het onderzoek te heropenen en de verdachte te gelasten op de volgende zitting persoonlijk aanwezig te zijn. De voorlopige hechtenis van de verdachte is geschorst, maar hij heeft zich niet gehouden aan de voorwaarden van deze schorsing. Het hof heeft ook een andere zaak van de verdachte, die gelijktijdig met deze zaak behandeld moet worden, in overweging genomen. De beslissing van het hof houdt in dat het onderzoek wordt heropend en dat de verdachte op een nader te bepalen datum moet verschijnen. De vordering tot opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis is afgewezen, evenals het verzoek tot opheffing van het bevel voorlopige hechtenis.