De voormalige gemachtigde van [geïntimeerde] (verder: de gemachtigde) heeft bij brief van 29 oktober 2021, die tevens per e-mail is verzonden, aan [appellant] meegedeeld, voor zover van belang:
Tot mij heeft zich gewend de heer [geïntimeerde] , nader genoemd cliënt, met het verzoek om zijn belangen inzake het navolgende te behartigen.
(…)
(…) Echter hebben zich sinds geruime tijd verscheidene incidenten voorgedaan tussen u en uw medebewoonsters. Dit is thans dermate geëscaleerd, dat één van de huursters inmiddels haar huurovereenkomst heeft opgezegd en de ander sterk het voornemen heeft om dit eveneens door te zetten.
(…)
Uit het dossier is evident gebleken, dat de onleefbare sfeer in de woning (…), wordt veroorzaakt door uw handelswijze en bejegening jegens hen. Welke bejegening niet strookt met de eisen die aan goed huurderschap worden verbonden.
OPZEGGING HUUROVEREENKOMST
Het staat vast dat de huidige situatie niet kan worden gehandhaafd en derhalve ziet cliënt zich genoodzaakt om uw huurovereenkomst (…), per 1 februari 2022 te beëindigen.
(…) ik verneem graag binnen 14 dagen na heden van u of u hiermee kunt instemmen.
Mocht u niet instemmen met de opzegging, dan zal cliënt hiertoe een gerechtelijke procedure aanhangig maken, waarbij hij zich het recht voorbehoudt om eventuele financiële schade aan zijn zijde door uw handelswijze in deze, in rechte te vorderen.