Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
Vonnis waarvan beroep
Algemene inleiding
Standpunten van partijen
red flags. Meer subsidiair was het voor [verdachte rechtspersoon 1] niet mogelijk in de belastingaangifte de omzetbelasting aan te geven die is verschuldigd voor de leveringen van schroot aan de betreffende Britse vennootschappen.
Oordeel van het hof
in Europa op grote schaal btw-fraude plaatsvindt met zogeheten koper kathoden. Daarnaast vindt ook fraude plaats met nikkel, zilver en platina.” Onder meer uit aantekeningen van een medewerker van de Belastingdienst blijkt verder dat op 15 augustus 2013 een bespreking met de Belastingdienst heeft plaatsgevonden waarbij [verdachte 4] namens [rechtspersoon 2] aanwezig was. [29] Ook volgt uit die aantekeningen dat de bespreking is gevoerd in vervolg op door de Belastingdienst geweigerde teruggaven omzetbelasting over het vierde kwartaal van 2012 en over de eerste twee kwartalen van 2013. Aan die weigering lagen twijfels ten grondslag over de toepasselijkheid van het nultarief voor intracommunautaire leveringen van schroot. Aan het slot is vermeld: “W
ij[het hof begrijpt: de Belastingdienst]
hebben gezegd nu informatie te verzamelen en dit te laten beoordelen door onze techneuten die uitspraak moeten doen over het standpunt van de Belastingdienst. Uit onderzoek van de stukken blijkt dat het vervoer naar Engeland niet meer ter discussie staat. Echter uit info van de Engelse BD[het hof leest: de Britse fiscus; HMRC]
blijkt dat veelal aan ploffers wordt geleverd.” [verdachte 4] heeft daarnaast verklaard dat de Britse klanten waarop het onderzoek van de Belastingdienst betrekking had, werden aangeleverd door [persoon 1] , dat de Britse klanten aanleiding hebben gegeven tot de ruzie tussen [verdachte 1] en [persoon 1] en dat men “
alleen maar gezeik met deze klanten [heeft] gehad”, zonder overigens de aard van dat ‘gezeik’ te willen toelichten. [30]
Conclusie
Conclusie
[Britse vennootschap 11](hierna: [Britse vennootschap 11] ), opgericht op 9 februari 2015, werkzaamheden in de bouw en is zij geen schroothandelaar. [60]
[Britse vennootschap 15](hierna: [Britse vennootschap 15] ) is op 15 oktober 2014 onder een andere naam opgericht en stond ingeschreven als een onderneming die werkzaamheden verricht in de groothandel van meubels, tapijten en verlichting en derhalve niet als handelaar in schroot. [70]
[Britse vennootschap 16](hierna: [Britse vennootschap 16] ) is opgericht op 15 december 2015 [74] en is geregistreerd als groothandel in kantoormachines en -apparatuur, derhalve niet in schroothandel. [75] [verdachte rechtspersoon 2] heeft door middel van vijf verkoopfacturen een bedrag van bijna € 500.000,- in rekening gebracht aan [Britse vennootschap 16] , maar volgens de bankafschriften geen betalingen van [Britse vennootschap 16] ontvangen. Een derde partij, te weten [naam derde partij 3] heeft betalingen namens [Britse vennootschap 16] aan [verdachte rechtspersoon 2] gedaan, [76] hetgeen per e-mail is bevestigd door [Britse vennootschap 16] . [77] [Britse vennootschap 16] heeft gebruik gemaakt van meerdere e-mailadressen die allen afwijken van het e-mailadres genoemd op het ‘VAT certificate’. [78] Op de verkoopfacturen van [verdachte rechtspersoon 2] aan [Britse vennootschap 16] en de bijbehorende verzendbescheiden (CMR’s) staat het vestigingsadres van [Britse vennootschap 16] vermeld, [adres] . [79] Dit adres is volgens Google Maps een woonadres waar geen schrootmateriaal gelost kan worden.
[Britse vennootschap 17](hierna: [Britse vennootschap 17] ) is opgericht op 22 november 2016 en staat ingeschreven als een onderneming die administratieve en management werkzaamheden verricht, derhalve geen schroothandel.
consumer electronics and household products”, derhalve evenmin schroothandel. [81] Het e-mailadres waarmee [Britse vennootschap 17] heeft gecommuniceerd wijkt af van het e-mailadres dat genoemd is op het ‘VAT certificate’. [82]
[Britse vennootschap 9](hierna: [Britse vennootschap 9] ) is opgericht op 25 november 2015 en is ingeschreven als onderneming die werkzaamheden verricht binnen de telecommunicatie, derhalve geen schroothandel. [Britse vennootschap 9] is gevestigd op een woonadres. [86]
that he had not operated [Britse vennootschap 9] due to ill health for a few years”). [93]
[Britse vennootschap 18](hierna: [Britse vennootschap 18] ) is opgericht op 28 september 2016 en staat ingeschreven als onderneming die werkzaamheden verricht in de bouw, derhalve geen schroothandel. [94]
[Britse vennootschap 19]is opgericht op 5 september 2015. [101] [Britse vennootschap 19] is blijkens de inschrijving een onderneming die zich bezighoudt met het herstel van gesorteerde materialen, sloop en transport ondersteunende activiteiten. [verdachte rechtspersoon 3] heeft slechts één kwartaal (01-2018) aan [Britse vennootschap 19] gefactureerd. [102] De HMRC heeft [Britse vennootschap 19] als een missing trader aangemerkt. [103]
Trader Monitoring Programmedat toezicht hield op de onderneming om er zeker van te zijn dat de onderneming zich aan de regels hield. Het btw-identificatienummer van [Britse vennootschap 19] is ingetrokken op 17 januari 2018. [104]
[Britse vennootschap 12](hierna: [Britse vennootschap 12] ) is opgericht op 21 juli 2015. [105] In de opgaaf intracommunautaire prestaties heeft [verdachte rechtspersoon 3] opgegeven over de periode september 2017 tot en met januari 2018 te hebben geleverd aan [Britse vennootschap 12] . [106]
[Britse vennootschap 13](hierna: [Britse vennootschap 13] ) is opgericht op 19 februari 2016. [108] [verdachte rechtspersoon 1] heeft in de opgaaf intracommunautaire prestaties opgegeven in het vierde kwartaal 2016 voor in totaal 1.576.071 euro te hebben geleverd aan [Britse vennootschap 13] . [109] In het digitale beslag is geen enkele communicatie aangetroffen tussen de directeur van [Britse vennootschap 13] en [verdachte rechtspersoon 1] . [110] Hetgeen door [verdachte rechtspersoon 1] is gefactureerd aan [Britse vennootschap 13] komt niet overeen met de opgaaf ICP van [verdachte rechtspersoon 1] . [111] De facturen van [verdachte rechtspersoon 1] aan [Britse vennootschap 13] zijn gedateerd in de periode 23 september 2016 tot en met 15 december 2016, [112] terwijl de betalingen van [Britse vennootschap 13] aan [verdachte rechtspersoon 1] zijn verricht in de periode augustus 2016 tot en met oktober 2016. [113] In deze keten zijn derdenbetalingen gedaan door vier andere ondernemingen (onder meer met handelsnamen die geen verband houden met schroothandel zoals [naam vennootschap] en [naam vennootschap] en [Britse vennootschap 13] deed ook derdenbetalingen voor [Britse vennootschap 14] . [114] De directeur van een van de bedrijven die facturen betaalt voor [Britse vennootschap 13] , [naam vennootschap] , is [naam directeur] of [naam directeur] en deze persoon is volgens vervoersbescheiden ook contactpersoon van de Britse vennootschappen [Britse vennootschap 7] en [Britse vennootschap 14] . [115]
[Britse vennootschap 14](hierna: [Britse vennootschap 14] ) is opgericht op 17 september 2014 en blijkens de inschrijving [Britse vennootschap 14] een groothandel in groente en fruit, derhalve geen schroothandelaar. [117]
[Britse vennootschap 7](hierna: [Britse vennootschap 7] ) is opgericht op 17 maart 2015. Blijkens de inschrijving verrichtte [Britse vennootschap 7] werkzaamheden in “
combined office administrative service activities”. [120] In de opgaaf intracommunautaire prestaties van [verdachte rechtspersoon 1] is opgegeven dat [verdachte rechtspersoon 1] in het derde kwartaal van 2015 en in het eerste kwartaal van 2016 heeft geleverd aan [Britse vennootschap 7] . [121] Het door [verdachte rechtspersoon 1] gefactureerde bedrag aan [Britse vennootschap 7] komt niet overeen met hetgeen is opgegeven in de opgaaf ICP. [122] Uit de bankafschriften blijkt dat [verdachte rechtspersoon 1] slechts één betaling heeft ontvangen van [Britse vennootschap 7] . [123]
Conclusie
bekende ondernemingen die al langer bestaan, waar we de directeuren van kennen en waarvan deze directeuren ook langskwamen bij [verdachte rechtspersoon 1]”, zoals medewerker [verdachte 4] heeft verklaard, valt naar het oordeel van het hof niet te rijmen met de hiervoor gedane constateringen, vooral dat in belangrijke mate niet kan worden vastgesteld welke natuurlijke personen daadwerkelijk betrokken waren bij de Britse vennootschappen (en met wie zijdens [verdachte rechtspersoon 1] contacten werden onderhouden) dan wel die personen niet konden worden getraceerd.
‘ [Naam whatsappgroep 1] ’,waarin naast [verdachte 3] ( [Chatnaam verdachte 3] ) en [verdachte 4] , [verdachte 2] [126] en [verdachte 1] ( [Chatnaam verdachte 1] ) ook een zekere [persoon 2] ( [Chatnaam persoon 2] ) [127] deelneemt: [128]
Mate, because of accounting reasons we need to invoice all the loads today that we’ve send in November. (..) So I will let [verdachte rechtspersoon 2](
het hof begrijpt: [verdachte rechtspersoon 2] ) invoice all @3073 and then afterwards we can make claim invoices and price adjustments.” [129] Ook hieruit volgt naar het hof de instructie van [verdachte rechtspersoon 1] richting [verdachte rechtspersoon 2] wat betreft het opmaken en versturen van facturen: [verdachte 4] geeft immers aan dat hij [verdachte rechtspersoon 2] zal laten factureren (“So I will let [verdachte rechtspersoon 2] invoice”).
‘ [Naam whatsappgroep 2] ’. [130] Ook in deze whatsappgroep wordt [verdachte rechtspersoon 2] door [verdachte rechtspersoon 1] geïnstrueerd wat betreft de inhoud van door [verdachte rechtspersoon 2] te verzenden facturen aan Britse vennootschappen. Tevens vindt instructie door [verdachte rechtspersoon 1] plaats omtrent de inhoud van e-mailberichten die [verdachte rechtspersoon 2] aan Britse vennootschappen dient te verzenden.
Conclusie
- [verdachte rechtspersoon 1] voor het indienen van o.a. onjuiste btw-aangiftes en voor het maken van valse facturen;
- [verdachte 1] , verdachte, voor het geven van de voor de btw-fraude relevante opdrachten aan (onder andere) [verdachte 3] en het onderhouden van de contacten in het Verenigd Koninkrijk;
- [verdachte 4] voor het uitvoeren van de voor de btw-fraude relevante boekhoudkundige verwerking en voor het geven van instructies;
- [verdachte 2] , bestuurder en eindverantwoordelijke, voor de controle van de facturen, voor het tekenen van de aangiften omzetbelasting en voor toezicht op de betalingen;
- [verdachte rechtspersoon 2] en haar bestuurder [verdachte 3] en [verdachte rechtspersoon 3] en haar bestuurder [verdachte 5] voor de administratieve verwerking van schijntransacties waardoor de fraude langer onopgemerkt kon blijven.
Yes mate no invoice until I discuss with [verdachte 1] thanks have nice weekend”(whatsappbericht van 27 september 2015) en mag [verdachte 3] pas het door [verdachte 4] voor hem in de Engelse taal opgestelde e-mailbericht betreffende uitstaande facturen omtrent schroot versturen als de verdachte akkoord is: “
Ik kopieer dit ff naar [verdachte 1] of die het ermee eens is (…) [verdachte 1] zegt is goed, dus antwoord dat maar”(whatsappbericht van 19 januari 2017). De verdachte heeft daarbij contact onderhouden met [persoon 2] , die blijkens de inhoud van de whatsappberichten zicht heeft op Britse vennootschappen en afnemers in de schroothandel en informatie doorgeeft op basis waarvan de verdachte in Nederland facturen laat opmaken (zie onder meer de whatsappberichten van 26 en 27 november 2015). [164]
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straffen
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
27 (zevenentwintig) maanden.
6 (zes) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
geldboetevan
€ 100.000,00 (honderdduizend euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
365 (driehonderdvijfenzestig) dagen hechtenis.