ECLI:NL:GHAMS:2024:17
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- J.L. Bruinsma
- A.M. Koolen - Zwijnenburg
- N.E. Kwak
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid in hoger beroep na intrekking door verdachte
Op 18 december 2023 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Noord-Holland, dat op 8 september 2022 was gewezen. De zaak betreft een verdachte, geboren in 1988, die hoger beroep had ingesteld tegen het eerder genoemde vonnis. Tijdens de zitting op 18 december 2023 heeft het hof kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die verzocht om de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep.
Uit de akte van intrekking van het hoger beroep, gedateerd 21 september 2023, bleek dat de verdachte het hoger beroep niet wenste te handhaven. Dit impliceert dat de verdachte zijn eerder ingediende bezwaren tegen het vonnis heeft ingetrokken. Het hof oordeelde dat er geen rechtens te respecteren belang was dat een nader onderzoek van de zaak rechtvaardigde.
Gelet op artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, heeft het hof besloten de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het ingestelde hoger beroep. De beslissing werd genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarin drie rechters zitting hadden, en werd uitgesproken tijdens de openbare terechtzitting.