ECLI:NL:GHAMS:2024:1567
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Ontruiming van huurwoning wegens niet goed huurderschap en grensoverschrijdend gedrag
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 11 juni 2024 uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende de ontruiming van een huurwoning. De appellante, Stichting Schuldvrij, trad op als bewindvoerder over de goederen van [X], die een appartement huurde van de geïntimeerde, [geïntimeerde]. De vordering tot ontruiming was ingesteld door [geïntimeerde], die stelde dat [X] zich niet als een goed huurder gedroeg. De kantonrechter had in eerste aanleg de ontruiming toegewezen, wat de bewindvoerder in hoger beroep aanvecht.
De feiten van de zaak tonen aan dat [X] zich regelmatig onbehoorlijk en verbaal agressief heeft gedragen, wat leidde tot herhaalde klachten van andere huurders in het pand. De kantonrechter oordeelde dat het huurgenot van de andere huurders ernstig werd aangetast door het gedrag van [X]. In hoger beroep heeft het hof de argumenten van de bewindvoerder beoordeeld, maar oordeelde dat er voldoende bewijs was dat [X] zich niet als goed huurder heeft gedragen. Het hof concludeerde dat de vordering tot ontruiming in een bodemprocedure waarschijnlijk zou slagen, en bekrachtigde het vonnis van de kantonrechter.
De uitspraak benadrukt het belang van goed huurderschap en de verantwoordelijkheden die huurders hebben ten opzichte van elkaar en de verhuurder. Het hof heeft de bewindvoerder in de proceskosten veroordeeld, wat de gevolgen van de uitspraak onderstreept.