Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
Vonnis waarvan beroep
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
BESLISSING
nietstrafbaar en ontslaat de verdachte te dier zake van alle rechtsvervolging.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 14 mei 2024 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte, geboren in 1986, was beschuldigd van het zich zonder toestemming bevinden op de replica van het VOC-schip in het Scheepvaartmuseum te Amsterdam op 2 december 2021. De tenlastelegging betrof een overtreding van artikel 461 van het Wetboek van Strafrecht, waarbij de verdachte zich op een voor hem blijkbare wijze op verboden terrein bevond. Tijdens de zitting heeft de raadsman van de verdachte betoogd dat de demonstratie vreedzaam was en dat de vervolging een ontoelaatbare inbreuk op de artikelen 10 en 11 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) vormde.
Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte en andere demonstranten op ordentelijke wijze hebben gedemonstreerd en dat de overtreding van artikel 461 Sr neerkomt op een geringe inbreuk op de rechten van anderen. Het hof oordeelde dat de gekozen vervolging niet noodzakelijk was in een democratische samenleving en dat deze een schending opleverde van de artikelen 10 en 11 EVRM. Daarom werd de strafbepaling van artikel 461 Sr buiten toepassing verklaard en werd de verdachte ontslagen van alle rechtsvervolging.
Het hof vernietigde het vonnis waarvan beroep en verklaarde het bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde had begaan, maar sprak hem vrij van andere tenlastegelegde feiten. De beslissing van het hof benadrukt het belang van demonstratierechten en de noodzaak om deze te beschermen tegen onterecht strafrechtelijke vervolging.