Uitspraak
17 april 2024 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
1.
2.2. primair
- een of meer contante storting(en) voor een totaalbedrag van (ongeveer) 34.610,- euro op ING betaalrekening met nummer [rekeningnummer] op naam van haar, verdachte [verdachte] (AMB-017, AMB-027 en AMB-027a), althans een geldbedrag van in totaal (ongeveer) 11.806,67 euro aan bestedingen aan luxe aankopen en/of een of meer geldbedrag(en) van in totaal (ongeveer) 886,98 euro en/of 1.030,91 euro aan bestedingen aan vliegtickets en/of een geldbedrag van in totaal (ongeveer) 743,52 euro aan bestedingen verband houdende met de huur van voertuigen bij [bedrijf 1] en/of
- een (groot) contant geldbedrag van in totaal (ongeveer) 12.000,- euro (0-AMB-028b),
2.subsidiair
23 juli 2017 door de levenspartner van [naam 2] is opgehaald, niet juist is. [naam 3] kan bevestigen dat hij de verdachte naar het vliegveld in Malaga heeft gebracht en dat hij niet met haar naar Marbella is geweest. Ook kan hij verklaren over wat hij, na het afzetten van de verdachte in Malaga, met de Mercedes heeft gedaan.
(iii) [website 3] ;
Zeg ook dat je hem dankbaar bent dat hij je in vertrouwen nam want dat is hetgeen wat een vriendschap maakt”. [10] Verder heeft de verdachte op 10 juli 2017 chatcontact met haar moeder,
[naam 5] , over [naam 2] . Haar moeder schrijft: “
[naam 6] , hij is veilig nu. Nu pas kan niemand hem ooit nog kwaad doen”. De verdachte schrijft: “
Hij zag er de laatste paar maanden ook heel ongelukkig uit”. Haar moeder schrijft: “
Dat was angst”. De verdachte schrijft: “
In Spanje werd hij ook een beetje emo toen ik hem vroeg”. Haar moeder schrijft: “
Maar hij deed stoer”. [11]
24 juli 2017. Op het adres dat ‘Ibiza Garage’ aan [naam 2] heeft gestuurd, is autoverhuurbedrijf [bedrijf 2] gevestigd. [18] Uit de historische vluchtgegevens van Transavia volgt dat de verdachte op
27 juni 2017 van Nederland naar Ibiza is gevlogen. Op 29 juni 2017 is zij op dezelfde vlucht als [naam 2] terug naar Nederland gevlogen. Verder is gebleken dat zij op 23 juli 2017 wederom naar Ibiza is gevlogen. Volgens de vluchtgegevens zou zij om 08.35 uur landen op Ibiza. Op 24 juli 2017 is de verdachte om 10.15 uur van Malaga naar Tanger gevlogen. [19]
het hof begrijpt steeds: [medeverdachte 1] ; de weduwe van [naam 2]) heeft gehoord dat [naam 2] (
het hof begrijpt steeds: [naam 2]) en [verdachte] (
het hof begrijpt steeds: de verdachte) samen de Mercedes hebben geparkeerd bij een parkeergarage in de buurt van de luchthaven (op Ibiza). Na het overlijden van [naam 2] begreep [naam 1] van [medeverdachte 1] dat zij de auto naar het Spaanse vasteland gebracht wilde hebben, maar dat zij de auto niet meekreeg. De eigenaar van de garage wilde de auto alleen meegeven aan degene die er het laatst met [naam 2] bij was en dat was de verdachte. Op 23 juli 2017 was [naam 1] al op Ibiza toen de verdachte hem vroeg haar te vergezellen bij het ophalen van de Mercedes. [naam 1] wist niet waar deze auto stond. De verdachte kreeg de auto mee nadat zij in gesprek was geweest met de man van de garage en haar telefoon aan hem liet zien. De verdachte en [naam 1] zijn vervolgens samen met de ferry naar het vasteland van Spanje gereisd. [naam 1] weet niet meer zeker of [verdachte] de overtocht heeft betaald. [naam 1] is samen met de verdachte naar zijn huis in [plaats] gereden en heeft het merendeel van deze rit voor zijn rekening genomen (als bestuurder). De broer van [naam 1] heeft samen met de verdachte de auto naar het vliegveld van Malaga gereden. [20]
03.25 uur. De afbeeldingen geven de route [route] aan. Die route gaat langs de oostkust van Spanje. [22] [naam 1] heeft bevestigd dat een vriend van [medeverdachte 1] in telefonisch contact stond met de verdachte om te vertellen wat zij moest doen. [23]
Ik heb nog geen prijs… hij heeft mij gezegd… Ik vertrouw die gasten niet, laat die waggie gewoon naar Marbella komen, dan geef je gewoon wat die waggie kost, dan geef je gewoon wat die waard is. Snap je.. Dan zeggen hun allemaal nee, dit.. we willen die waggie verkopen nu… (…) Die waggie is nu naar Marbella, met een hoop geklaag, maar ze zeggen ze willen helpen. Die waggie moest op de boot. Weet je wie die 300 heeft betaald? [verdachte] . (…) “Ik heb geen geld bij me. Betaal jij even.” Dan weet je toch al met wat voor intentie hij komt. “Jij komt met die intentie dat je die auto voor een prikje wilt.” Je hebt die auto gezien toch, je was daar? (…) Hij komt echt alsof hij die auto voor een prikkie wilt. Ik ben die auto met hem gaan halen in..ntv… begrijp je. (…) Ik zeg tegen [verdachte] , ze moeten met mij praten, niet met jou. Ze moeten niet bij jou klagen, ze moeten bij mij klagen. (…) Ze moeten ook mij hebben. Hij weet dat hij die auto gaat krijgen. Ik heb een afspraak met hem gemaakt. Jullie willen helpen, verplaats die auto voor mij (…) Is goed, verplaats die auto maar. Jij bepaalt niet waar. Ik zeg je naar waar die auto naar toe gaat. (…) Die waggie is al verkocht. Het is naar [route] (fon) gegaan. (…) Ja maar het staat niet op [naam 2] zijn naam. Het staat op zijn naam. Eén of andere bedrijfsnaam ofzo… Het staat niet op zijn naam. (…) Als jij die auto gewoon verkoopt en die auto is 125 waard. (…) [verdachte] heeft die auto meegekregen omdat die man d’r herkende, snap je. (…) Je kan nu rekenen op minimaal nog een ton, van die waggie, toch? (…) Maar ik zei wel tegen [verdachte] , ik zeg, je weet toch, respect voor je dat je zo vroeg bent gegaan. Ze zegt ja schat, ik heb het gedaan voor [naam 2] en zijn gezin ik heb het voor [medeverdachte 1] en de kids gedaan (…) Ik zei haar ook, het is goed dat je bent gegaan, want je bent de enige die kon gaan.” [24]
31 december 2016 € 676,00. Er zijn geen gegevens gevonden met betrekking tot bezittingen en schulden, erfenissen en/of ontvangen schenkingen. [26] Ook is gebleken dat er geen gegevens zijn met betrekking tot winst uit onderneming en dat de verdachte geen bedrijf op naam heeft staan. [27]
het hof begrijpt: [bedrijf 2]) was en omdat haar tas nog in de Mercedes lag, is zij naar Ibiza gevlogen en heeft zij de dag daarvoor telefonisch contact gehad met de garagehouder. Ook heeft zij verklaard dat zij de kosten van de overtocht van de auto naar het vasteland van Spanje heeft betaald en dat zij in de Mercedes een lift kreeg naar Malaga. Zij heeft de genoemde contante stortingen op haar bankrekening (totaal € 34.610,00) zelf gedaan. [30] De verdachte heeft met betrekking tot feit 1 ontkend dat zij de persoon was die de auto mee zou kunnen krijgen – zij heeft buiten de garage op [naam 1] gewacht, heeft niet met de garagehouder gesproken en niet als bestuurder in de auto gereden. Zij wist niet dat [naam 2] zich in het criminele milieu begaf en dacht dat hij zijn geld verdiende met het organiseren van feesten. De verdachte heeft met betrekking tot feit 2 verklaard dat de op haar bankrekening gestorte bedragen afkomstig zijn van haar toenmalige vriend, ouders en andere familieleden. Zij heeft verder verklaard dat het contante geldbedrag van € 12.000,00 is aangetroffen op de derde etage van het pand aan de [adres 3] , terwijl zij zelf woonde op de vierde etage.
- De verdachte heeft de Mercedes op 29 juni 2017 samen met [naam 2] in de garage van [bedrijf 2] geparkeerd.
- Op 22 juli 2017 heeft de verdachte telefonisch contact gehad met deze garage.
- Op 23 juli 2017 is de verdachte naar Ibiza gevlogen en heeft toen [bedrijf 2] aan [naam 1] aangewezen en is met [naam 1] in de Mercedes weggereden, met [naam 1] als bestuurder.
- Vervolgens heeft de verdachte, deels samen met [naam 1] , op 23 en 24 juli 2017 met de Mercedes een route afgelegd langs de oostkust van Spanje en is de verdachte op 24 juli 2017 van Malaga naar Tanger gevlogen.
[verdachte][het hof begrijpt: de verdachte]
heeft die auto meegekregen omdat die man d’r herkende” en “
Ik zei haar ook, het is goed dat je bent gegaan, want je bent de enige die kon gaan”. In diezelfde lijn heeft [naam 1] verklaard dat de eigenaar van de garage de auto alleen wilde meegeven aan degene die er het laatst met [naam 2] bij was, te weten de verdachte.
7 juli 2017 moet hebben beseft dat hij zich in criminele kringen had bevonden en dat zijn vermogen, waaronder zijn Mercedes, meer dan vermoedelijk een criminele herkomst had. Haar verklaring dat zij dacht dat [naam 2] zijn geld verdiende met het organiseren van feesten acht het hof, in het licht van de in het voorgaande vastgestelde feiten en omstandigheden, ongeloofwaardig. Dientengevolge heeft de verdachte minst genomen bewust de aanmerkelijke kans aanvaard dat de Mercedes geheel of gedeeltelijk afkomstig was uit enig misdrijf.
1 november 2017 op haar Nederlandse ING betaalrekening met nummer [rekeningnummer] in totaal 25 contante stortingen heeft gedaan voor een totaalbedrag van € 34.610,00. Zij heeft dit contante geldbedrag dus voorhanden gehad en vervolgens omgezet door dit te storten op haar bankrekening. Dit is door de verdachte ook niet betwist.
het hof begrijpt: moeder en stiefvader) en andere familieleden. Deze verklaring is onvoldoende concreet en niet min of meer verifieerbaar. Ten aanzien van haar toenmalige vriend en andere familieleden heeft de verdachte geen namen genoemd van de personen die het betreft. Dit maakt nader onderzoek naar de herkomst van het geld onmogelijk. Ten aanzien van de moeder en stiefvader van de verdachte is wel duidelijk om wie het gaat, maar de verdachte heeft niet geconcretiseerd om welke bedragen het daarbij ging en wanneer die aan haar zijn betaald, ondanks dat zij daar ter terechtzitting in hoger beroep nog nadrukkelijk toe is uitgenodigd. De verklaring die de moeder van de verdachte als getuige tegenover de raadsheer-commissaris heeft afgelegd, biedt evenmin voldoende aanknopingspunten voor nader onderzoek door het openbaar ministerie, nu zij heeft verklaard dat zij haar kinderen vaak geld gaf, maar dat zij hen “
nooit in een keer duizenden euro’s” heeft gegeven. Giften van de moeder van de verdachte kunnen de stortingen dus niet in substantiële mate verklaren.
1.
2.primair
3 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren.
Je kan nu rekenen op minimaal nog een ton, van die waggie, toch?” – komt het hof redelijk voor. De verdachte heeft zich daarnaast ook schuldig gemaakt aan het gewoontewitwassen van een totaalbedrag van € 34.610,00 door over een periode van ruim
18 maanden op 25 afzonderlijke momenten contante geldbedragen op haar bankrekening te storten. Witwassen vormt een ernstige bedreiging van de legale economie en tast de integriteit van het financiële en economische verkeer aan. Geld dat wordt verdiend door het plegen van strafbare feiten maakt onderdeel uit van het zwartgeldcircuit en kan een ontwrichtende werking hebben op de samenleving. Het kan niet anders dan dat de verdachte zich – in ieder geval wat betreft de contante stortingen op haar bankrekening – heeft laten drijven door winstbejag, zulks ten koste van de samenleving.
1 jaar en ruim 6 maanden is overschreden.
gevangenisstrafvoor de duur van
7 (zeven) maanden.
4 (vier) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
- 2. 1.00 STK Tas Kl: bruin/zw, Louis Vuitton, Dames tas groot model
- 3. 1.00 STK Kleding Kl: zwart, Louis Vuitton, Dames sjaal met label Louis Vuitton
- 4. 1.00 STK Horloge Kl: zilver, Cartier, Horloge zilverkleurig Cartier
- 5. 1.00 STK Portefeuille Kl: bruin, Louis Vuitton, Portefeuille, Louis Vuitton, kl. bruin
- 6. 1.00 STK Tas Kl: zwart, Gucci, Handtas met goudkleurig metalen hengsel
- 7. 1.00 STK Tas Kl: bruin/zw, Louis Vuitton, Bruin zwart geblokt tasje met goudkl. ketting hengs
- 8. 1.00 PR Schoenen Kl: Br/Zw, Louis Vuitton, Dames veter schoenen met blokhak, bruin met zwart.
mr. N.M. Simons, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
1 mei 2024.